‘Ajax is een grote club, maar een volksclub als Feyenoord past beter bij mij’
Orkun Kökçü heeft lovende woorden over voor zijn trainer Arne Slot. De oefenmeester maakte Kökçü aanvoerder van Feyenoord, gaf hem het shirt met rugnummer 10 en wist hem te prikkelen. Volgens de 22-jarige middenvelder heeft hij de grootste stap in zijn ontwikkeling te danken aan Slot. Tevens gaat Kökçü in op het fenomeen ‘Kuipvrees’, hetgeen spelers uit de eigen jeugdopleiding volgens de Haarlemmer niet hebben.
Kökçü kan zich de eerste training onder Slot nog goed herinneren. “De trainer vroeg van tevoren één ding aan mij: 'Ben je fit?'”, vertelt de middenvelder tegenover De Telegraaf. “Ik zei 'ja', maar na vijf minuten in een stevige partij zag hij dat ik niet kon omschakelen in het tempo waarin hij het wilde. Tijdens het trainingskamp in Oostenrijk plande hij een gesprek in. Robin van Persie kwam in Oostenrijk naar me toe en daar was ik hem dankbaar voor. Toen zei Van Persie: ‘Je fitheid is wel een dingetje, hè. Hou er maar rekening mee dat het een ding wordt bij de trainer’.”
De Turks international is trots dat Slot hem tot aanvoerder van Feyenoord benoemde. “Deze trainer heeft heel veel voor mij gedaan als het gaat om mijn ontwikkeling. Hij heeft precies de goede aanpak gekozen en hij heeft mijn karakter weten te doorgronden. Ik hoef geen schouderklopjes en begrijp hem als geen ander. Hij laat ons fantastisch voetballen en heeft mij geleerd hoe ik het allerbeste uit mezelf haal.”
Kuipvrees
Kökçü laat weten al van jongs af aan een echte Feyenoorder te zijn. Volgens hem hebben zelfopgeleide spelers geen last van Kuipvrees. “Ik zat als jonge jongen met mijn vader al tussen de supporters in een vak. Dan hoorde ik ze om me heen schelden bij een slechte bal. Ze zijn bloedfanatiek bij Feyenoord. Maar dat schelden is geen kritiek, want dezelfde gasten springen als gekken en vinden je de beste als je scoort. Maar spelers van buitenaf kennen dat fanatisme van onze aanhang niet.”
Als jong talent werd Kökçü door Feyenoord gescout. De keuze voor de Stadionclub was vervolgens binnen één seconde gemaakt. “Daar hoefde ik niet over na te denken. In Haarlem waren op school bijna al mijn klasgenootjes voor Ajax. Tuurlijk, Ajax is een grote club, heeft veel gewonnen en dan is het makkelijk om voor Ajax te zijn. Maar een volksclub als Feyenoord past beter bij mij.”