Albanië houdt stand tegen Zweden

Zweden heeft niet weten te winnen van Albanië. De 0-0 eindstand in Tirana betekende een teleurstellend begin in de WK-kwalificatiereeks. Ondanks dat de ploeg van Lars Lagerbäck domineerde wist het geen opening te vinden in de stugge Albanese defensie.

Met Zlatan Ibrahimovic en Hendrik Larsson in de spits creëerde Zweden wel kansen, maar kwam het niet dichterbij een doelpunt dan een poging in de zeventiende minuut van de strak gedekte spits van Internazionale. In de tweede helft werd de druk op het doel van Albanië groter en werd een poging van Ibrahimovic door keeper Arjan Beqaj na een klein uur spelen onschadelijk gemaakt. Even later schoot Olaf Mellberg naast vanaf tien meter.

Ook Albanië, met Arie Haan als bondscoach, deed enkele pogingen om er met de drie punten vandoor te gaan. Aanvaller Hamdi Salihi miste van dichtbij in de eerste helft na een voorzet van Ervin Skela, terwijl de Albanese middenvelder Jahmir Hyka het de PSV-keeper Andreas Isaksson vanaf twintig meter erg moeilijk maakte. Haan beschouwde het behaalde punt als 'zeer waardevol', omdat Zweden 'één van de beste teams ter wereld' is.

Aanvoerder Larsson, die zijn 100e interland speelde voor Zweden en in totaal 37 keer het net vond, reageerde op het eerste puntverlies. “Het was erg moeilijk om tegen een team te spelen die negen spelers in de verdediging heeft staan”. Woensdag krijgt Zweden in eigen huis een herkansing tegen Hongarije, met Erwin Koeman als bondscoach, en speelt Albanië wederom thuis tegen Malta.