Alfred Schreuder gaat Ajax missen: ‘De arrogantie moet niet té worden’
Alfred Schreuder neemt over enkele maanden afscheid van Ajax, het liefst met minimaal één prijs. De assistent-trainer van de Amsterdamse club gaat op eigen benen staan bij TSG Hoffenheim, waar hij in het verleden de rechterhand van Huub Stevens en Julian Nagelsmann was. Laatstgenoemde vertrekt in de zomer naar RB Leipzig en dus koos Hoffenheim ervoor om de belangstelling voor de 46-jarige Schreuder te concretiseren.
“Veel spelers en mensen uit de staf hebben een berichtje gestuurd”, vertelt Schreuder woensdag in De Telegraaf over zijn vertrek bij Ajax. “Ze zijn blij voor me en gunnen me de transfer, maar vinden het ook jammer dat ik wegga.” Schreuder is bij Ajax een assistent met veel vrijheden. De Telegraaf suggereert dat veel spelers hem ook als hoofdtrainer zien. “Erik ten Hag heeft me dit seizoen een grote mate van vrijheid gegeven en dat is fijn. We hebben een prima taakverdeling, waarbij ik een deel voor mijn rekening neem en Erik natuurlijk ook een flink gedeelte. Ik ben een assistent met veel vrijheden.”
Schreuder stelde het de afgelopen vijftien maanden op prijs dat hij zijn mening en visie kon uitdragen binnen een voetbalbolwerk, dat al jaren een bepaald imago heeft. “De kracht van Ajax kan ook de zwakte zijn”, legt Schreuder uit. “Men denkt soms dat men de wijsheid in pacht heeft. Ze beseffen niet altijd dat ze moeten openstaan voor nieuwe dingen.” Willen vernieuwen en verbeteren is in de optiek van Schreuder de reden dat Ajax bij Ten Hag en zijn persoon uitkwam. “Dat je binnen de club ook een ander geluid laat horen.”
“Ajax heeft, ook binnen de opleiding, ontzettend veel goede dingen. En de arrogantie is op bepaalde momenten ook goed. Maar het moet niet té worden.” Schreuder gaat alles missen van Ajax, ook al erkent hij dat hij aan het begin moest wennen. “Aan de manier waarop er werd gedacht. Maar Ajax is in tegenstelling tot het beeld dat bestaat een heel warme club met leuke, lieve en professionele mensen.”