Ancelotti baalt: ‘Ik denk dat het een rode kaart voor Virgil van Dijk was’
Niet met 1-0 of met twee doelpunten verschil op Anfield verliezen, was het devies voor Napoli. Het team van trainer Carlo Ancelotti ging dinsdagavond desondanks met 1-0 onderuit bij Liverpool en overwintert daardoor niet in de Champions League, maar in het toernooi om de Europa League. De Italianen wonnen sinds een 1-2 zege bij Benfica in december 2016 niet één van de laatste zeven uitduels in de Champions League: twee remises, vijf nederlagen.
Het duel was wellicht heel anders afgelopen als Virgil van Dijk na dertien minuten niet een gele maar een rode kaart had ontvangen. De verdediger annex aanvoerder van Liverpool zette een forse tackle in op Dries Mertens, waarbij hij weliswaar de bal maar hoofdzakelijk de enkel van de Belg trof. Napoli vroeg om een rode prent, maar daar wilde scheidsrechter Damir Skomina niet aan.
“Ik heb de beelden zojuist teruggezien”, vertelde Ancelotti na afloop. “Ik denk dat het een rode kaart was. Er zijn veel vragen over de VAR geweest. Ik denk dat het te laat is als de videoarbiter zijn intrede in de Champions League maakt.” Liverpool bleef met elf man op het veld staan en sloeg twintig minuten later toe via Mohamed Salah. Een heroïsch optreden van Alisson zorgde er vervolgens voor dat de Italianen uit het toernooi werden gekegeld.
“We wisten van tevoren dat Liverpool ons veel meer onder druk zou zetten”, analyseerde Ancelotti het weerzien met the Reds in Engeland. “Ze speelden agressief voetbal en daar hadden we ons ook op voorbereid. De intensiteit zou volledig anders zijn ten opzichte van onze eerste ontmoeting. We wisten ook dat we hier niet tien grote kansen zouden creëeren. We hebben er één of twee gecreëerd, maar helaas hebben we die niet kunnen verzilveren.”