Barazite: ‘Voor Oranje of Marokko ontbreekt alleen nog een belletje!’
Nacer Barazite (26) verliet op zestienjarige leeftijd het Gelderse Huissen voor Londen waar hij bij Arsenal ging voetballen. Via omzwervingen bij Derby County, Vitesse, Austria Wien en AS Monaco belandde hij ruim twee jaar geleden bij FC Utrecht, waar hij is uitgegroeid tot een gewaardeerde basiskracht. Verslaggever Justus Dingemanse sprak met hem op trainingscomplex Zoudenbalch en vroeg hem onder meer naar zijn carrière tot dusver, zijn ambities voor de toekomst en de manier waarop hij zijn leven indeelt. Eerder deze week was op Voetbalzone deel één te lezen en vandaag het slotstuk van dit tweeluik over FC Utrecht en zijn ambities.
Was het een bewust besluit terug te komen naar Nederland?
“Ja absoluut. Vanaf mijn zestiende had ik alleen maar in het buitenland gezeten en dat is toch een groot gedeelte van je leven. Ik ben opgegroeid in Nederland en altijd bezig geweest met doorbreken in de Eredivisie, dus dat wilde ik ook proeven. Edwin de Kruyff had me al een seizoen voor mijn komst naar FC Utrecht benaderd, maar ik was toen nog geblesseerd. Uiteindelijk ben ik alsnog gekomen en het gaat heel goed. In Oostenrijk heb ik ook een poos hele goede vorm gehad, maar ik durf wel te zeggen dat ik nu een stuk volwassener ben en stabieler speel. De ‘nummer tien positie’ heeft ook mijn voorkeur, vooral in een systeem met twee spitsen voor me.”
Wat verwacht je van FC Utrecht dit seizoen?
“De verwachtingen zijn nu wat hoger door het goede vorige seizoen en die prestatie proberen we te evenaren. We moeten proberen Europa League te bereiken en we hebben nog wat goed te maken in de beker. Afgelopen zomer zijn belangrijke jongens als Timo Letschert en Bart Ramselaar vertrokken, maar als je ziet hoe bijvoorbeeld Sofyan Amrabat het nu doet, dan vult hij de plek van Bart prima op. Het seizoen had een beetje een stroeve start. Met het voetbal was naar mijn idee niets mis, alleen de resultaten zaten tegen. Nu gaat het gewoon goed en verliezen we nog amper.”
Afgelopen zomer was je bijna vertrokken, wat zijn je ambities?
“Ja, we waren dicht bij een akkoord met een Turkse club. Uiteindelijk ben ik toch hier gebleven en heb ik gelijk de knop weer omgezet. Richting de toekomst wil ik er het liefst sportief alles uithalen wat erin zit, maar als het een combinatie van een leuke club en goed salaris is dat ook mooi. Engeland blijft mijn favoriet, hoewel de Championship niet mijn voorkeur zou hebben. Ik speel graag in een voetballend team waar technische spelers het onderscheid kunnen maken. Daarnaast is de trainer het belangrijkst voor mij. Ik wil in ieder geval dit seizoen in Utrecht afmaken. Ik merk dat ik nu groeiende ben en daar hecht ik tegenwoordig veel meer waarde aan dan vroeger. In Oostenrijk ging het top, maar toch vertrok ik in de winter. Daar heb ik niet per se spijt van, maar je leert er wel van.”
Zou FC Utrecht je niet liever willen verkopen in de winterstop?
“Dat weet ik niet, maar mijn situatie ligt wel anders dan bij andere spelers. Ik ben transfervrij gekomen en ik voeg ook buiten het veld iets toe. Ik denk oprecht dat spelers die met mij gespeeld hebben, vinden dat ze wat aan mij hebben gehad voor hun eigen ontwikkeling. Als je kijkt naar jongens uit het verleden als Ramselaar, maar ook nu met Amrabat en Ayoub en spitsen als Zivkovic en Haller. De ervaring die ik heb, deel ik met hen en ik denk dat de club daar ook baat bij heeft. Ik heb op jonge leeftijd veel meegemaakt en wil ze voor mijn fouten behoeden.”
Zoals wat voor dingen?
“Neem Sofyan; die is hartstikke goed bezig en ik probeer hem gefocust te houden. Hij werd speler van de maand bij het AD, maar dan zeg ik: ‘volgende maand kan het weer anders zijn’. Of Yassin; hij heeft hoge pieken en die worden steeds constanter. Dan praten we daar met elkaar over; hoe dat nog beter kan. De club heeft daar ook belang bij, ook financieel. Dus ik denk niet dat ze het een probleem vinden als ik dit seizoen blijf. Daarnaast sluit ik ook geen deuren. FC Utrecht is heel goed voor mij geweest en ik weet niet wat de toekomst brengt. Er kan van alles gebeuren en dus houd ik alles open.”
Je speelde in veel van de Nederlandse jeugdelftallen, hoe kijk je naar het grote Oranje?
“Goede vraag, haha. In Oranje spelen nu allemaal jongens met wie ik vroeger gespeeld heb zoals Georginio Wijnaldum, Leroy Fer, Daley Blind en noem maar op. Ik denk dat ik niet voor hen onderdoe. In de tijd dat we samen speelden, was ik met hen altijd een van de beste. Mijn huidige vorm is goed, maar het is vooral belangrijk dat ik constant blijf presteren. Voor Marokko geldt hetzelfde. Als ik voor Marokko zou kunnen spelen, zou ik dat niet laten. Ik ben tot nu toe nog niet in de positie gekomen waarin ik een voorkeur moet uitspreken, dus doe ik dat ook niet. Met beide bonden heb ik er nog nooit contact over gehad, maar wat mij betreft ontbreekt alleen nog het belletje, haha.”