voetbalzone

De Franse topspits die uit het niets een karatetrap uitdeelde aan een supporter

Noël Korteweg29 jul 2023, 20:05
Laatst bijgewerkt: 29 jul 2023, 20:05
Advertentie

De rijke voetbalgeschiedenis kent vele markante, tragische of grappige personages. In de rubriek Vedettes licht Voetbalzone telkens de doopceel van één van die figuren. We trappen de reeks af met ‘King’ Éric Cantona, het Franse fenomeen van Manchester United dat in eigen land nooit echt erkenning kreeg en ruziede met coaches, tegenstanders, scheidsrechters, journalisten en zelfs de Franse arbitragecommissie.

Door Sander Grasman

De spelers van Manchester United haastten zich op 25 januari 1995 naar de kleedkamers van Selhurst Park. Meestal waren ze daar niet zo happig op na een teleurstellend resultaat - zoals deze 1-1 tegen Crystal Palace - maar vandaag was het anders. Ze maanden elkaar vol verwachting tot haast en konden nauwelijks wachten om te zien wat voor uitbrander manager Sir Alex Ferguson straks in petto had voor Éric Cantona.

De Franse sterspeler was kort na rust van het veld gestuurd nadat hij zijn frustraties had gebotvierd op directe tegenstander Richard Shaw, maar daar hield het niet bij op. Bij het verlaten van het veld had King Éric het namelijk nog veel bonter gemaakt. Op weg naar de spelerstunnel schold een Crystal Palace-fan hem flink de huid vol en Cantona was hier duidelijk niet van gediend. Met een kort aanloopje plaatste hij een kung fu-trap midden in de borst van de schreeuwende supporter en liet er voor de zekerheid nog een paar vuistslagen op volgen.

Sir Alex stond erom bekend dat hij er tegenover zijn spelers geen doekjes om wond. Deze actie van de Fransman moest dus wel voor vuurwerk gaan zorgen in de kleedkamer. De entree van de Schot, waarbij de deur zowat uit zijn sponningen vloog, was in ieder geval al veelbelovend. Zeker toen vervolgens ook nog de bekertjes thee en koffie door de ruimte vlogen, ging men er eens goed voor zitten en leek Cantona zijn altijd vooruitgestoken borst nat te kunnen maken.

“Schandalig, wat een wanvertoning!" schoot de Schot meteen uit de startblokken. “Je hebt de hele wedstrijd niks goed gedaan", verweet hij Paul Ince. "Mijn oma is nog sneller dan jij”, liet hij buitenspeler Lee Sharpe weten. Witheet ging hij op gelijke voet één voor één het rijtje af tot hij bij de ware boosdoener kwam: “Éric, jongen, dat soort dingen moet je echt niet meer doen.”

Ferguson hoefde maar een blik te werpen op de prestaties van Cantona in zijn thuisland om te zien wat bij hem de sleutel tot succes was. Alleen onder de hoede van trainers die hem het volledige vertrouwen gaven, kwam het beste in de trotse Fransman naar boven. Dan betaalde de spits zijn trainer dubbel en dwars terug. Zo was het gegaan in Montpellier, waar hij met ploeggenoten Carlos Valderrama en een jonge Laurent Blanc de beker won, en jaren daarvoor bij Auxerre. Dat hij ooit bij Auxerre terecht zou komen was weer te danken aan de ondoorgrondelijke wegen van de speler zelf.

De club uit een klein Noord-Frans provinciestadje dong aan het begin van de jaren ‘80 naar diensten van de nog maar veertienjarige Cantona, maar leek tegenover de veel dichter bij de speler zijn woonplaats Marseille gelegen topclub OGC Nice kansloos in de strijd om diens handtekening. Dat was buiten de trots van het talent gerekend. Ter afsluiting van zijn kennismaking met de geïnteresseerde clubs vroeg de jonge Éric steeds om een shirtje, in die tijd nog geen gemeengoed, zeker niet in de buitenwijk van Marseille waar de familie Cantona woonde. In Nice werd hem op die vraag de fanshop gewezen, terwijl Auxerre-legende Guy Roux het wat tactischer aanpakte. Naast een shirt deed hij nog wat kleine souvenirtjes van de club in de tas van zijn bezoeker. Niet veel later was de gestreelde Cantona speler van Auxerre.

voetbalzone

Onder de vleugels van Roux beleefde de spits een aantal geweldige eerste seizoenen in het profvoetbal. De slimme coach wist elke keer weer de juiste snaar bij zijn pupil te raken. Zo ook toen deze verliefd werd op de zus van ploeggenoot Bernard Ferrer. Het meisje studeerde in Marseille en om haar zo vaak mogelijk te kunnen zien racete Cantona zodra hij kon in zijn autootje naar het Zuiden.

Roux zag dat het hoofd van de jongen niet naar voetbal stond en in plaats van hem koste wat kost weer op scherp te krijgen, besloot hij hem de ruimte te geven en verhuurde hij hem een seizoen aan Martigues, een club op het tweede niveau, maar veel dichter bij Marseille. Een jaar later keerde de speler als herboren terug in Auxerre, waar hij vanaf dat moment een essentieel onderdeel vormde van de opmars van die club.

Na zeven jaar onder de vleugels van Roux was het in 1988 tijd om zijn eigen vleugels uit te slaan. Niet geheel toevallig leidde zijn eerste vlucht hem terug naar het oude nest in Zuid-Frankrijk, naar de club van zijn jeugd, de club waarvan spelers als Josip Skoblar en Roger Magnusson op posters zijn kinderkamer sierden en de club waarmee hij succes naar zijn uithoek van het land hoopte te brengen. Het zou geen gelukkige keuze blijken te zijn.

voetbalzone

De aalgladde zakenman en notoire valsspeler Bernard Tapie zwaaide in die tijd de scepter bij Olympique Marseille en dat hij en Cantona elkaar niet lagen is zacht uitgedrukt. Tapie stond voor alles wat de speler verachtte en al snel nadat de wittebroodsweken achter de rug waren, werden die gevoelens wederzijds. Cantona was pas een paar maanden terug in zijn geboortestad, toen OM een oefenwedstrijd organiseerde tegen Torpedo Moskou om geld in te zamelen voor Armenië, waar een aardbeving immense schade had aangericht en vele duizenden mensenlevens had gekost.

Het duel werd onder winterse omstandigheden en onder het toeziend oog van de gehele natie gespeeld in het stadion van Sedan. Miljoenen televisiekijkers waren getuige van een van de zwartste bladzijden uit de spelersloopbaan van Cantona. De speler raakte met elke bal die een onverwachte stuit maakte op het spekgladde gras steeds gefrustreerder, totdat hij in een vlaag van verstandsverbijstering die irritaties afreageerde op weer een bal die van zijn voet en over de zijlijn geglipt was.

Zijn uithaal belandde tussen het verraste publiek en de scheidsrechter besloot de jonge Marseillenaar tegen zichzelf in bescherming te nemen. Hij adviseerde OM-trainer Gerard Gili zijn heetgebakerde speler te wisselen voordat het verder uit de hand zou lopen. Die beslissing viel niet in goede aarde. Woedend trok Cantona zijn shirt over zijn hoofd, gooide het richting de man in het zwart en beende van het verfoeide veld af. Coach en scheidsrechter verbijsterd achterlatend.

Tapie was liever vandaag nog dan morgen verlost van de speler die volgens hem beter in een psychiatrische inrichting kon worden opgenomen. Verschillende verhuurperiodes volgden. In Montpellier, waar hij met teamgenoten als de Colombiaanse spelmaker Carlos Valderrama en een jonge Laurent Blanc de beker won, kende hij nog zijn beste tijd, maar ook daar verliep zijn verblijf niet zonder controverse.

Toen de ploeg aanvankelijk tegen de hoge verwachtingen in een miserabele start kende, liepen de gemoederen hoog op in de kleedkamer. Middenvelder Jean-Claude Lemoult klaagde dat tegenstanders steeds maar één kans nodig hadden om te scoren, terwijl zij zelf slechts een fractie van de mogelijkheden wisten af te maken. Cantona vatte dit op als een belediging aan zijn adres en maakte op hardhandige wijze duidelijk wat hij ervan vond. Een gebrek aan trefzekerheid viel hem nu in ieder geval niet te verwijten, want de schoen die hij door de kleedkamer gooide, trof met dodelijke precisie doel, vlak boven het linkeroog van Lemoult.

Hoewel dit soort ruzies vaker voorkomen in kleedkamers en het slachtoffer er slechts een schram en een blauwe plek aan overhield, was het feit dat Cantona erbij betrokken was genoeg aanleiding voor de pers om opnieuw alle registers open te trekken. Verscheidene teamgenoten zouden volgens de kranten geëist hebben dat Cantona per ommegaande terug naar Marseille werd gestuurd, maar Blanc en Valderrama lieten dit niet gebeuren en Cantona maakte het seizoen gewoon af in het Stade de la Mosson. Voordat hij naar huis terugkeerde, bezorgde hij Montpellier dus nog wel de eerste grote prijs sinds de bekerwinst van 1929.

L'histoire se répète, de geschiedenis herhaalt zich, zegt men weleens en dat lijkt zeker in het geval van Cantona vaak waar te zijn. In zijn laatste jaar in Franse dienst, nadat hij de deur in Marseille definitief achter zich dichtgetrokken had en op jacht naar eerherstel de overstap naar laagvlieger Nîmes had gemaakt, deed zich een identiek incident voor als wat er vooraf zou gaan aan die beruchte kung fu-trap op Selhurst Park.

In een duel met Saint-Étienne werden overtredingen op hem keer op keer niet bestraft tot uiteindelijk de in hem opgebouwde frustraties een kookpunt bereikten. Woedend pakte hij de bal van het gras en gooide hem met twee handen als een ingooi tegen het lichaam van een verbouwereerde arbiter. Cantona was al halverwege de spelerstunnel, voordat de beste man een rode kaart tevoorschijn had getoverd. En natuurlijk kreeg dit incident nog een lang staartje.

Het enige wat hij verlangde was rechtvaardig behandeld te worden. Eenzelfde straf krijgen als een ander in zijn schoenen gekregen zou hebben, maar dat was precies wat de commissie hem niet wilde geven. Er was in hun ogen al te veel gebeurd. De speler had al te veel smetjes op zijn blazoen om hem nu als ieder ander te berechten. Ze verdubbelden zijn straf van twee naar vier wedstrijden schorsing en gaven hem in hun uitleg nog een schop na. Een woedende Cantona liep de commissieleden één voor één af en maakte ze in hun gezicht uit voor idioot.

Nauwelijks 48 uur nadat hij zijn straf gehoord had, kondigde Cantona zijn afscheid aan. Op 25-jarige leeftijd ging hij voor het eerst met voetbalpensioen. Hoewel hij het Franse topvoetbal miste als kiespijn, begon de wens om weer tegen een balletje te trappen steeds nadrukkelijker aan hem te knagen. Waar kon hij zijn voetbalbestaan nieuw leven inblazen en toch zo ver mogelijk verwijderd zijn van figuren als Bernard Tapie en die verdomde arbitragecommissie? De eigenzinnige Cantona zette zijn zinnen op een vertrek naar de Japanse J-League.

Die competitie liep in januari echter op zijn eind en geen van de clubs zou in dit stadium van het seizoen nog een dermate hoge afkoopsom betalen. “Misschien is Engeland iets voor ‘m?” suggereerde een hoopvolle Franse bondscoach Platini. Via diens oude vriend Trevor Francis kon hij bij Sheffield Wednesday een stage regelen. Nu Japan als volgende bestemming van zijn lijst geschrapt kon worden, was de overkant van het Kanaal in ieder geval beter dan niks.

De week van Cantona’s stage in Sheffield trok er een sneeuwstorm over het noorden van Engeland. De trainingsvelden van Wednesday waren onbespeelbaar en dus moesten Francis en zijn mannen uitwijken naar de clubs sportzaal. Dat schimmige beelden van Cantona die in een muffe hal van kant naar kant rent de enige zijn van de Fransmans tijd bij die club, komt omdat Francis na een week nog geen genoegen nam met wat hij van de speler had gezien. Hij wilde hem ook op een echt veld aan het werk zien. De trots van Cantona was andermaal gekrenkt door deze eis en voordat Francis het goed en wel besefte, had de stagiair een nieuw Engels onderkomen gevonden: Leeds United.

Op papier was de inbreng van de Fransman in zijn eerste maanden op de Britse velden te overzien. Manager Howard Wilkinson bracht hem aanvankelijk vooral als supersub, maar al snel was Cantona niet meer weg te denken uit het elftal. In vijftien wedstrijden kwam hij misschien niet verder dan drie doelpunten, maar met zijn natuurlijke zelfvertrouwen, uitstraling en creativiteit was hij wel het laatste puzzelstukje dat op zijn plek viel voor de toekomstig kampioen.

voetbalzone

Hij bleek namelijk de perfecte verbinding te vormen tussen de sterke ruit op het middenveld, bestaande uit controleur David Batty, de rappe buitenspeler Gary Speed, de ervaren rotten Gary McAllister en Gordon Strachan en spits Lee Chapman. Vanaf de komst van de Fransman was de spits namelijk niet meer volledig afhankelijk van Speeds voorzetten, maar kon ook de kersverse aanwinst hem van assists voorzien.

Waar hij in Frankrijk slechts één titel actief meemaakte, was het in Engeland dus al na een paar maanden prijs. Met vier punten voorsprong op rivaal Manchester United werd de club voor het eerst sinds 1974 weer kampioen van het land en plaatste het zich ook meteen voor de net tot Champions League hernoemde Europa Cup I. De ploeg moest het daarmee gepaard gaande drukke programma echter een jaar later flink bekopen. Waar het nog goed begon - de Community Shield werd mede dankzij een hattrick van Cantona gewonnen ten koste van Liverpool - stortten the Whites gedurende de eerste seizoenshelft als een kaartenhuis ineen.

Wilkinson begon zich in die maanden ook steeds vaker te ergeren aan de grillen van zijn sterspeler. Waar Roux voor en Ferguson na hem wisten wanneer ze een uitzondering voor Cantona moesten maken, weigerde de onbuigzame Wilkinson daarin mee te gaan. Als de speler daar niet tegen kan, dan is het maar zo, leek hij te denken. Hij zag in het nomadische bestaan van de Fransman het bewijs dat de schuld niet bij hemzelf, maar bij de speler lag en de relatie tussen de twee verslechterde dusdanig snel dat er nog voor de jaarwisseling een deal beklonken werd met Manchester United. Voor één miljoen pond verlosten the Mancunians hun rivaal van een ‘rotte appel'.

Ferguson was al tijden op zoek naar een spits, maar had telkens bot gevangen bij concurrenten in zijn pogingen om spelers als Alan Shearer, Matt Le Tissier en David Hearst naar Old Trafford te halen. Eigenlijk stuitte hij per toeval op Cantona, toen beide clubs een mogelijke overgang van Denis Irwin bespraken, maar mede op advies van zijn vriend Gerard Houllier liet hij deze buitenkans niet liggen. Cantona had weinig tijd nodig om zich aan te passen en was eigenlijk vanaf de eerste dag een succes in Manchester. De ploeg verloor in het restant van het seizoen nog maar twee wedstrijden en klom van de vijfde naar de eerste plek en volgde Leeds op als nieuwe kampioen.

voetbalzone

Binnen anderhalf jaar had Cantona twee van zijn uiteindelijk vijf Engelse titels te pakken. Slechts één keer sloot hij een seizoen af met lege handen. Niet geheel toevallig toen hij de schorsing voor zijn kung fu-trap uitzat. Zonder hun talisman in de voorhoede kwamen nederlagen tegen de twee clubs uit Liverpool en drie doelpuntloze gelijke spelen the Red Devils namelijk duur te staan. Met slechts één punt verschil trok het Blackburn Rovers van spitsenduo Shearer en Chris Sutton dat jaar verrassend aan het langste eind.

Na Cantona’s terugkeer werd de orde echter weer hersteld. Zowel in 1996 als in ‘97 ging de titel naar Ferguson en co. Met de borst trots vooruit, zijn kenmerkende rechte rug en omhoog staande boordje was King Éric niet alleen het gezicht van de kampioen, maar eigenlijk van de hele Premier League, waarvan hij tweemaal tot beste speler werd uitgeroepen. Eén keer door zijn collega’s en één keer door de pers.

Ondanks zijn overzeese heldenstatus was Cantona’s rol in de nationale ploeg al enige tijd uitgespeeld. Terwijl hij voor zijn kung fu-trap nog aanvoerder was van les Bleus, viel hij daarna buiten de boot. Bondscoach Aimé Jacquet, die in Marseille en Montpellier al met wisselend succes samenwerkte met Cantona, bouwde een nieuw team rond Zinédine Zidane en daarin was geen ruimte meer voor de man die in eigen land nooit de waardering zou krijgen die hij daarbuiten genoot.

In gedachten ging Cantona met een bal aan de voet altijd weer terug naar zijn kindertijd. Hij zou de rest van zijn leven, zo zou hij later zeggen, op zoek blijven gaan naar dat gevoel dat hij kreeg toen hij op een mooie, zonnige dag in Marseille voor het eerst een voetbal aaide. Hij bleef houden van het spelletje, het publiek - en soms misschien zelfs zichzelf – te vermaken en verrassen met een fraaie actie of een plotselinge geniale ingeving, maar naarmate hij ouder werd slaagde hij daar steeds minder vaak in.

Alles wat er met de sport gepaard ging, begon hem steeds meer tegen te staan. Ook in Engeland bleef hij een moeizame relatie houden met de pers. Beroemd is zijn bijzonder korte persconferentie, nadat hij te horen heeft gekregen dat hij geen celstraf zal krijgen naar aanleiding van de kung fu-trap. “De zeemeeuwen volgen de vissersboot, omdat zij hopen dat er sardientjes in zee gegooid zullen worden. Dank u.”

Bovendien zag hij met lede ogen aan hoe steeds vaker de financiële belangen van bonden en sponsoren - al was hij zelf nog enige tijd het gezicht van een legendarische campagne van Nike - de voorkeur kregen boven die van de minder rijke voetballiefhebbers of de spelers zelf. Op dertigjarige leeftijd wilde hij gaan leven en dat kon niet naast een carrière als profvoetballer. Van de ene op de andere dag kondigde hij in de zomer van 1997 voor een tweede keer zijn voetbalpensioen aan. Niet voor het eerst alles en iedereen in shock achterlatend.