voetbalzone

De Nederlander die oprichter, speler, aanvoerder én president is in Portugal

Chris Meijer16 sep 2020, 21:00
Laatst bijgewerkt: 16 sep 2020, 21:00
Advertentie

Toen Yannick Nicklaus na het klappen van zijn droom om profvoetballer te worden gedesillusioneerd terugkeerde uit Nederland, ontstond als hersenspinsel het plan om in de Algarve een eigen club te beginnen. Nu, zes jaar later, is Carvoeiro United een begrip in de Zuid-Portugese regio, acterend op het vierde niveau. Als speler, aanvoerder én president is de inmiddels 28-jarige Nicklaus zo trots als een pauw op de club, die hij beschouwt als ‘zijn kindje’.

Door Chris Meijer

Hoe begin je in hemelsnaam uit het niets een club in Portugal? Nicklaus lacht als de gedachten teruggaan naar de zomer van 2014. Hij was op dat moment net teruggekeerd uit Nederland, waar hij zijn droom om nog het profvoetbal te halen in rook zag opgaan. Nicklaus, geboren in Portugal als zoon van een Nederlandse moeder, was een begenadigd voetballer, speelde een aantal jaar in de jeugdopleiding van Portimonense uit het nabij gelegen Portimão en was altijd actief op het hoogste niveau van het Portugese jeugdvoetbal. Toch lonkte een profloopbaan opvallend genoeg in zijn tweede vaderland en wel op bijzondere wijze. “Op mijn achttiende werd ik via een tussenpersoon gescout door Foppe de Haan voor sc Heerenveen, ik mocht op stage komen. Ik weet niet hoe hij bij mij terechtkwam, maar ik werd aangesproken door een tussenpersoon en die vertelde me dat Foppe onder de indruk was. ‘Als je het leuk vindt, mag je in Heerenveen op proef komen’, kreeg ik te horen. Foppe was vrij lovend en ik zag het als een grote kans”, vertelt Nicklaus aan Voetbalzone.

voetbalzone

Vol goede moed toog Nicklaus naar Friesland, maar al snel bleek dat de stageperiode niet zou resulteren in een contract bij Heerenveen. Hij wilde niet te snel opgeven en koos ervoor om bij familie in Den Haag in te trekken. “Ik wilde ook wel kijken hoe het leven in Nederland was en zocht een goede amateurclub in de buurt, waardoor ik uiteindelijk bij Scheveningen terechtkwam.” Nicklaus is Nederlands opgevoed en keek als kind naar televisieprogramma’s uit het geboorteland van zijn moeder. Hij spreekt foutloos en vloeiend Nederlands, al moet hij af en toe even zoeken naar de juiste woorden. Nederland had daarom - ondanks dat hij zijn hele jeugd in Portugal doorbracht - weinig geheimen voor hem, behalve op voetbalgebied. “In Portugal is het niet zo tactisch als in Nederland, het voetbal is agressiever en viezer. Als je niet kijkt, gebeuren er dingen. Toen ik in het begin bij Scheveningen trainde, zeiden ze: ‘Als je zo speelt, pak je iedere wedstrijd een gele kaart’. Het was een grote stap, er werd bijvoorbeeld overal 4-3-3 gespeeld in plaats van allerlei verschillende systemen.”

Nicklaus kwam bij toenmalig topklasser Scheveningen lang niet altijd aan spelen toe en had het, in zijn eigen woorden, na een jaartje wel weer gezien. “Ik had een klein droompje om profvoetballer te worden, maar dat is niet gelukt en daarna heb ik besloten terug te gaan naar Portugal. Om nu alleen voor het amateurvoetbal in Nederland te blijven... Nee, dan zit ik liever thuis bij mijn familie met lekker weer. Het is niet leuk als je tijdens de training je voeten niet meer voelt van de kou”, lacht Nicklaus. Een ervaring rijker, maar een illusie armer keerde hij terug naar de Algarve. Dat Nicklaus zijn droom in rook zag opgaan, nam de motivatie weg om in Portugal direct weer ergens te gaan voetballen. Hij was in eerste instantie van plan om minimaal een jaar niet in clubverband actief te zijn. In het zogenaamde five-a-side met vrienden moest hij het plezier in het voetbal weer terugvinden.

Een gesprek met zijn ouders veranderde de zaak. Carvoeiro heeft letterlijk alles: goudgele stranden met een kraakheldere zee en een bruisend centrum dat tegen een steile rots is aangebouwd. Maar tot zes jaar geleden had het bijna drieduizend (overwegend internationale) inwoners tellende vissersdorp nog geen eigen voetbalclub. “We zijn een beetje gaan kijken wat we nodig hadden om er een op te richten. Zonder mijn moeder Marianne Schuyffel was het overigens nooit gelukt. Er waren de nodige jongens die zich wilden aansluiten bij de nieuwe club. We hebben wat vriendschappelijke wedstrijden opgezet en die werden dik gewonnen, dus toen begon de droom echt te leven”, legt Nicklaus uit. Dat Carvoeiro nog geen voetbalclub had, vormde niet de enige motivatie. Voor buitenlandse spelers kan het tamelijk gecompliceerd zijn om in Portugal een club te vinden. “Je moet bijvoorbeeld extra betalen als je overgeschreven moet worden vanuit het buitenland. Portugese clubs willen daar niet voor opdraaien, waardoor het voor buitenlandse spelers altijd een gedoe is om je ergens aan te sluiten.”

“In deze regio van de Algarve wonen veel buitenlanders: Engelsen, Duitsers, Ieren, noem maar op. In het eerste jaar hadden we zes of zeven buitenlanders, daar komt de naam van United ook vandaan. We wilden een internationale uitstraling hebben, iets anders dan normale Portugese clubs”, gaat Nicklaus verder. Ondanks dat er voldoende animo was, was het niet per se eenvoudig om vanuit het niets een club op te zetten. “We moesten alleen wel meteen een clubhuis hebben, er moesten statuten worden opgesteld en er moest een bestuur worden gekozen”, somt hij op. “Er moet iedere wedstrijd politie aanwezig zijn, dat moet je als club betalen. Verder moet je de scheidsrechters en de radio kunnen faciliteren. Het eerste seizoen kostte twintigduizend euro, alleen om mee te doen. Dat is best veel geld voor een club die nog niks heeft. Maar doordat er in de regio relatief weinig clubs zitten, waren er direct al de nodige sponsors bereid om de club te ondersteunen.”

De gemeente Lagoa, waarvan Carvoeiro deel uitmaakt, stak bovendien de helpende hand toe en regelde een accommodatie, die weliswaar nog altijd buiten het vissersdorp gelegen is. Daarmee waren alle voorwaarden rond om in ieder geval aan het seizoen te kunnen beginnen. Op 22-jarige leeftijd werd Nicklaus als vice-president gekozen in het bestuur van zijn zelfopgerichte club, naast de Portugese president Sandro Pacheco en de Engelse penningmeester John Wilson. In september 2014 speelde Carvoeiro United zijn eerste officiële wedstrijd op het vijfde niveau van het Portugese voetbal, niet geheel toevallig in oranje tenues. De eerste thuiswedstrijd werd bezocht door zo’n zeshonderd toeschouwers, wat een gigantische meevaller betekende voor de nieuwe club. “We hadden nog niet het geld voor het hele seizoen, dus we hoopten dat de nodige mensen kwamen kijken en we met de kaartverkoop veel geld konden verdienen. We hadden het idee dat er vijftig of zestig mensen kwamen kijken, maar dat bleek tien keer zoveel. Dat maakte het makkelijker, er was heel veel interesse in het eerste jaar. Er komt ook wel geregeld een groep fans met vlaggen, vuurwerk, toeters, dat soort dingen. De mensen waren heel enthousiast, dat ze een eigen team hadden om te supporten naast de drie grote clubs in Portugal.”

In sportief opzicht bood het eerste seizoen meer uitdagingen voor Carvoeiro United. “Je hebt in Portugal maar vijf niveaus, dus je begint direct in de vijfde divisie en dat is gelijk met teams die hun spelers betalen. Het eerste jaar was best moeilijk, iedereen dacht dat we laatste zouden worden. Zelf hadden we het idee: we zien wel waar het schip strandt. We begonnen heel enthousiast, niemand kende ons en in de eerste drie wedstrijden pakten we zeven punten. Ze dachten: waar komen deze gasten vandaan? Carvoeiro is een klein dorpje, heel veel mensen kennen het alleen maar van het strand. Men wist niet eens waar de club lag. Maar daarna werd het lastiger, scheidsrechters gingen ons anders benaderen als we tegen grotere clubs speelden. We eindigden als twee na laatste, terwijl we in de winterstop nog in de middenmoot stonden. Iedereen moest in de zomer weer gaan werken in de bars of restaurants, waardoor spelers niet meer konden komen trainen of spelen. Dat had wel gevolgen voor ons niveau. Er liepen sowieso al jongens tussen die drie of vier jaar niet gevoetbald hadden. Maar we konden hen niet weigeren, want we zaten qua spelers niet echt in een luxepositie.”

voetbalzone

Het deed Carvoeiro United besluiten om na het eerste jaar het roer om te gooien. Er werd een trainer aangetrokken met ervaring op het derde niveau van het Portugese voetbal, de club ging voortaan drie keer per week trainen en haalde een fysiotherapeut binnen. De spelers hoefden tevens niet langer hun eigen shirts te betalen óf wassen. “In het eerste seizoen betaalden sponsors of spelers zelf hun inschrijving. Dat was op zich wel grappig, dat een bar of restaurant een speler betaalde. Maar het was ook gewoon nodig. Alles wordt nu voor ze geregeld, al kunnen ze er niet van leven. In Portugal kan je alleen van een voetbalsalaris leven als je op het tweede niveau of hoger speelt. Op het derde niveau krijgt je zes- of zevenhonderd euro per maand.” Nicklaus kreeg zelf ook al een aantal keer de mogelijkheid om een stap omhoog te zetten, richting het derde niveau van het Portugese voetbal. “Ik heb na het eerste jaar de nodige aanbiedingen gehad om hogerop te gaan richting het derde niveau, omdat veel mensen niet wisten dat ik zo bij de club betrokken was. ‘Sorry, maar ik ben vice-president en ga niet weg’, zei ik tegen die clubs. Ik zeg altijd tegen mijn vrienden dat ik het wel zou doen als ik niet meer hoef te werken naast het voetbal. Als ik parttime-voetballer blijf, schiet ik er niet zoveel mee op.”

Nee, het liefst maakt Nicklaus nog meer stappen met zijn Carvoeiro United. De club slaagde er na drie jaar in om voor het eerst te promoveren, waardoor men nu op het vierde niveau van het Portugese voetbal acteert. “Hoe we er nu voorstaan, is het niet echt realistisch om te promoveren naar het derde niveau. Dan ga je heel Portugal door, tot Lissabon, en dat brengt heel veel kosten met zich mee. We zijn een beetje te snel gegaan voor het vermogen van de club. Eigenlijk waren we al niet echt voorbereid op het vierde niveau. We kregen de keuze of we omhoog wilden, maar we hebben het gedaan en zouden wel zien hoe het ging. Dat hebben we opgelost door bijvoorbeeld minder spelers in te schrijven”, verklaart Nicklaus. Door de promotie is Carvoeiro United steeds aantrekkelijker geworden voor ambitieuze, jonge spelers. “Jongens die zijn afgevallen bij profclubs, bijvoorbeeld. Ook omdat er jongens zijn die vanaf Carvoeiro weer een stap omhoog gemaakt hebben.”

Vanaf volgend seizoen komt er een laag bij in de Portugese voetbalpiramide, waardoor Carvoeiro United in principe een niveau zakt. Nicklaus spreekt de ambitie uit om op termijn uit te groeien tot een stabiele club op het derde of vierde niveau, mét een eigen stadion. “Dat is de droom, om een wedstrijd te spelen in ons eigen stadion. Het is een doel om dat binnen tien jaar voor elkaar te krijgen. Ik weet zeker dat er veel meer mensen komen kijken als we binnen ons dorp spelen. We hebben plannen aangeleverd bij de gemeente en als ze tijd of geld hebben, willen ze beginnen met de bouw. Als we op een hoger niveau gaan spelen, de belangstelling toeneemt en ons huidige terrein te klein wordt, zal het nog een stuk sneller gaan. Ik hoop het nog als speler mee te maken. Maar als ik niet goed genoeg meer ben, stop ik ermee. Dat maakt het ook weer makkelijker om me op andere werkzaamheden te richten.”

voetbalzone

Nicklaus is namelijk niet alleen aanvoerder van Carvoeiro United, want tijdens de bestuursverkiezingen van twee jaar geleden werd hij gekozen tot president. “Als vice-president regelde ik al heel veel, dus ik moest veel mensen rondom me krijgen die me konden helpen. In de eerste twee of drie jaar was ik met mijn hoofd niet altijd bij de wedstrijden, omdat er van alles geregeld moest worden. We hebben nu een team van zes of zeven mensen die de club draaiende houdt. Ook voor een wedstrijd of training. Vorige week hadden we bijvoorbeeld een etentje met sponsors, daar hoef ik me dan niet meer druk over te maken. Of dat de ballen en de shirts worden meegenomen naar uitwedstrijden.” Het presidentschap heeft tevens gevolgen gehad voor zijn privéleven, zo beaamt hij met een lach. “Je wordt een stuk ouder en leert hoe het voetbalwereldje werkt. Ik kon niet meer zoals vroeger met die gasten gaan stappen, om de volgende dag weer als president op de club te staan. Dat kunnen ze niet begrijpen, het is in Portugal niet zo correct. Mensen betalen voor een lidmaatschap, dan moet je serieuzer zijn. Dus ik ging vanaf toen een stuk minder op stap. Als speler/president is het ook moeilijk om tegen bepaalde jongens te zeggen dat ze niet goed genoeg zijn. Want ben je nu speler of president? Het zijn toch ook je vrienden.”

Een kleine zucht klinkt na de vraag of het zwaar is om het presidentschap te combineren met zijn baan in een hotel. “Je hebt niet altijd de energie om na het werk nog een paar mails te beantwoorden, maar je hebt liefde voor de club en je doet het omdat het je kindje is. Je voelt de club op een andere manier, omdat het jouw kind is. Dat merk je bij onrecht, dan reageer je anders. Je steekt zoveel tijd en geld in de club, je reageert slechter als je voor je gevoel bestolen wordt”, bekent Nicklaus. Met een brede glimlach besluit hij: “Je wordt er wel trots van, zeg maar. Als ik in het dorp loop en zie mensen met die oranje shirts, denk ik: zo, dit heb ik met een paar vrienden gewoon opgericht.”