Djuricic vergelijkt zichzelf met Benfica-iconen: ‘Ik ben ook zo’n speler’

Filip Djuricic speelde op Bevrijdingsdag, tijdens de voorlaatste speelronde van de Eredivisie, zijn laatste wedstrijd voor sc Heerenveen. De middenvelder hield aan het thuisduel met FC Utrecht (2-4) een gebroken rib over en verlaat de Friese club, ook omdat die zich niet wist te plaatsen voor Europees voetbal, dan ook met een wrang gevoel. Desondanks kijkt Djuricic alweer hoopvol vooruit, want volgend seizoen speelt hij in dienst van Benfica.

De 21-jarige Serviër is in Lissabon de opvolger van Pablo Aimar, die op voetballeeftijd is geraakt en in de zomer waarschijnlijk naar Zuid-Amerika vertrekt. “Ik ben ook een klassieke nummer tien”, vertelt Djuricic aan het Portugese radiostation Renascença. “Ik stond bij Heerenveen ook vaak op links, maar daar ben ik niet zo goed. Maar ik speel op de positie waar de trainer mij neerzet.” Djuricic treedt bij de Europa League-finalist in de voetsporen van Aimar, maar ook in die van Rui Costa, wie Djuricic zeer bewondert.

“Ik had veel aanbiedingen, maar ik heb Benfica gekozen omdat zij altijd attractief voetbal spelen en altijd met een nummer tien spelen”, vervolgt de Johan Cruijff van de Balkan. “Hier heeft Rui Costa gespeeld, Aimar en nu ook Nicolás Gaitán. Ik denk dat ik een soortgelijke speler ben.” Djuricic kan zijn borst natmaken voor de confrontaties met trainer Jorge Jesus, die zijn spelers soms als een drilmeester instrueert. “Ik heb gehoord dat hij soms opvliegerig en hard is, maar hij werkt ook graag met jonge spelers. Daar ben ik blij om”, besluit Djuricic.