voetbalzone

'I have a dream!' - deel 1

Efsane6116 okt 2013, 11:46
Laatst bijgewerkt: 16 okt 2013, 11:46
Advertentie

‘I have a dream!’, de beroemde woorden van Marthin Luther King, die praktisch de hele wereld over zijn gegaan. Mijn intenties zijn niet om een evangelisch verhaal te gaan opzetten over vrede zoals hij dat deed, noch zou ik dat kunnen. Nee, mijn droom ligt ergens in een ander vlak, een droom die chronisch in duigen valt: een Turks voetbalelftal dat op elk eindtoernooi schittert.

Gisteravond was het moment aangebroken om een stap in de richting van die droom te zetten. Voorafgaande aan de wedstrijd had iedereen het over de wondercoach Fatih Terim, die het weer zou gaan flikken. Met zijn vechtersmentaliteit en motivatietactieken, zou hij het land wel weer haar zoveelste nieuwe succes bezorgen. Hij had immers al eerder gepresteerd en ook zijn recente prestaties sinds hij arriveerde als bondscoach spraken boekdelen: negen punten uit drie wedstrijden, tegenover zeven punten uit zes wedstrijden onder de vorige coach (Abdullah Avci). De Turkse bevolking had dus weer het geloof gevonden in een goede afloop. Alle handen ineengeslagen, in alle koppen maar een gedachte, maar een doel en alle bijeengekomen families voor het offerfeest, allemaal maar met een spreker in de kamer: de commentator van de wedstrijd Turkije – Nederland.

Het was echter weer eens raak, de dromen werden aan diggelen geschoten. Nederland pakte door twee doelpunten de overwinning, in de o zo uitgelichte hel in Turkije. De Turken mochten met de figuurlijke staart tussen de benen afdruipen.

Het frappante van het verhaal is dat de Turken in het algemeen altijd verwachten mee te kunnen naar het eindtoernooi. Opgeleefd door de opeenvolgende succes uit de jaren ’96 (het eerste EK deelname van het land in haar tot dan 73 jarig bestaan), ’00 (Galatasaray dat de UEFA- en de Super Cup in de wacht sleepte en het Turkse elftal dat de kwartfinale haalde op het EK in Nederland en België), ’02 en ’03 (Turkije dat bij haar tweede deelname* aan een WK derde werd in Seoul en vervolgens op de Confederations Cup dezelfde eindnotering wist te behalen) en tot slot ’08 (waarbij Turkije derde werd op het EK in Oostenrijk en Zwitserland).

Dit zorgde voor een boost van de sport in de Turkse cultuur, het werd echt een volkssport. De passie, het fanatisme en het nationalisme van de Turkse bevolking kwam perfect tot uiting in deze elftallen. Het opmerkelijke aan al deze prestaties is, dat ze bijna allemaal zijn behaald met een select groepje van drie trainers aan de leiding.

Zo stond Terim aan de leiding van de elftallen die in 1996, 2000 (als coach van Galatasaray dat de UEFA Cup won, immers de Super Cup werd onder Lucescu gewonnen) en 2008 successen boekten. De behaalde successen in 2000 met het nationale elftal kunnen op het conto worden geschreven van de legendarische Turkse coach Mustafa Denizli. Tot slot zijn er nog de prestaties in 2002 en 2003 op het wereldkampioenschap en de Confederations Cup, die zijn behaald onder het bewind van een ander Turkse cultheld, genaamd Senol Günes. In een tijdbeslag van 90 jaar Turks voetbal zijn er dus maar drie trainers (’54 buiten beschouwing gelaten) opgestaan die een eindtoernooi hebben kunnen halen met Turkije. Toevalligerwijs zijn deze heren, alle drie hele grote spelers geweest in Turkije voor respectievelijk Galatasaray, Altay en Trabzonspor. Even goed zijn dit ook de coaches met de grootste successen op het gebied van Turkse clubvoetbal. Ieder zijn eigen manier van werken, ieder zijn eigen visie op voetbal en ieder zijn eigen bijdrages aan het Turkse voetbal, maar dat zij ‘overall’ de ‘big three’ van het Turkse voetbal zijn, staat voor elke Turkse voetballiefhebber buiten kijf.

Maar de snelle stijging van de populariteit en de behaalde resultaten zouden ook een negatief effect hebben op het Turkse elftal: de verwachtingen werden enorm hoog. Mede veroorzaakt door het Turkse nationalisme en de historie van het land, waarin grote successen werden behaald, zijn Turken trots en hebben ze de karakteristieke eigenschap om te denken overal de beste in te kunnen zijn. Maar in tegenstelling tot wat verwacht werd, moest Turkije de Europese- en Wereldkampioenschappen die volgden (met uitzondering van ’08) allemaal laten schieten. Het land kon de behaalde vijfde plaats in de wereldranglijsten niet lang volhouden en kelderde met ongekende snelheid omlaag. Stukje bij beetje het aanzien mee afbrokkelend. In Turkse gedachte behoorde het land echter nog toe tot de wereldtop. Men had niet in de gaten dat de in handen zijnde kwaliteit niet meer paste bij de verwachtingen.

Een langdurige rumoerige periode was wat volgde. Ondanks het opnieuw aanstellen van Terim en vervolgens de wereldbekende Nederlander Guus Hiddink, lukte het ‘t land niet meer om de weg terug te vinden. Sceptici in het buitenland wisten het zeker: het Turkse elftal had een piekperiode meegemaakt door een gouden lichting, maar had een chronisch gebrek aan kwaliteit. Want ieder zag dat zelfs de grote Hiddink het elftal niet aan de praat te krijgen. De tijdelijke successen hadden niet kunnen verbergen wat het land eigenlijk miste: een degelijk gefundeerde basis.

Tot op zekere zin kunnen de Turken zich hierin vinden. De Turken missen inderdaad een basis, maar niet door een chronisch gebrek aan kwaliteit. Wat er dan wel wordt gemist, tezamen met de juiste oplossing zullen volgen in het volgende stuk.

N.B.: In sommigen stukken wordt namens de hele Turkse bevolking gesproken, neem dit met een korreltje zout en leid hieruit af dat dit wel een groot deel van de Turkse bevolking omslaat, maar niet iedereen zich hierin kan of moet vinden.

*Bij het aantal WK deelnames moet wel vermeld worden dat Turkije zich door verschillende omstandigheden tot twee maal toe heeft moeten terug trekken voor de Wereldkampioenschappen in ’58 en ’66.