‘Ik ben op Marcel Brands afgestapt en heb gevraagd wat het probleem was’
Erik Pieters (29) vertrok in de zomer van 2013 naar de Premier League en is inmiddels begonnen aan zijn vijfde seizoen op het hoogste Engelse niveau. Voetbalzone reisde af naar zijn woonplaats Alderley Edge om de achttienvoudig international eens uitgebreid te interviewen over zijn carrière van jong talent van FC Utrecht tot stabiele kracht van Stoke City. Eerder verscheen deel een over zijn tijd bij FC Utrecht, deel twee over PSV en deel drie over het Nederlands elftal. Vandaag het slotstuk waarin hij vertelt over spelen met Stoke City in de Premier League en zijn toekomst.
Je hebt vijf jaar bij PSV gespeeld. Toen was het mooi geweest?
“Ja, ik denk dat mijn tijd bij PSV toen echt voorbij was. In een eerder stadium was Newcastle United al geïnteresseerd geweest. Daar speelde mijn beste voetbalvriend Tim Krul en die had ze daar helemaal gek geluld over mij. De deal liep uiteindelijk stuk op een paar ton. Ik ben toen op Marcel Brands afgestapt om te vragen wat het probleem was en die zei dat ze me eigenlijk niet kwijt wilden. Ze hadden wel rondgekeken, maar een waardige vervanger was op dat moment niet voor handen. Dat heb ik zonder morren geaccepteerd. Stoke City had me voor mijn blessure al een tijdje in het vizier en waagde direct een poging nadat ik een paar wedstrijden had gespeeld.”
Ik kan me zo voorstellen dat je als kind geen posters van Stoke City boven je bed had?
“Nee, ik wist heel weinig van Stoke-on-Trent. Ik heb eerst met de trainer gepraat en een rondleiding gehad. De clubs kwamen eruit en het is toch een stap omhoog naar de Premier League. Als jochie keek ik altijd op zondagmorgen naar de Engelse competitie. Ik was ook toe aan een nieuwe stap. We hebben jaren geprobeerd kampioen te worden en dat zat er niet in. Intussen speelde Jetro Willems heel behoorlijk op mijn positie en stond er voor de tweede keer een Premier League-club op de stoep. Dus ik dacht: waar zit je nog op te wachten?”
En toen was Erik Pieters uit Enspijk plots speler in de Premier League!
“Zeker! Ik was gehaald voor de basis en maakte direct mijn debuut in het uitduel tegen Liverpool. Vervolgens heb ik, op een paar wedstrijden na door blessures, alles gespeeld. Stoke City heeft een beetje de stempel van vechten tegen degradatie, maar de eerste drie jaar werden we negende en vorig jaar dertiende met drie punten minder dan plek acht. We zijn dus een stabiele middenmoter. De top zeven à acht is praktisch ook niet haalbaar, dat gat is financieel gewoon te groot. Leicester City heeft het een keer voor elkaar gekregen, maar dat gaat echt niet nog een keer gebeuren.”
Hoe anders is het voetbal in Engeland?
“De wedstrijden en spelers zijn van een hoger niveau en erg fysiek. Je moet sterker worden, want het is negentig minuten lang gaan. Ik hing bij PSV al veel in de gym en heb altijd voor mijn lichaam gezorgd. Door mijn blessures heb ik mijn lichaam ook beter leren kennen en weet ik feilloos wat ik nodig heb en doordeweeks moet doen om klaar te zijn voor het weekend. Als ik teveel doe zijn mijn benen slap en als ik te weinig doe ook, dus dat is een dus lijntje. Bij Stoke heb ik me kunnen ontwikkelen tot een moderne back. Mensen zien me soms als een typisch defensieve back, maar ik speel hier vaak wingback en daar zetten ze me echt niet neer als ik niet kan opkomen. Verdedigen is mijn belangrijkste taak, maar aanvallend draag ik ook mijn steentje bij.”
Kon je makkelijk aarden bij de club?
“Ik ben een rustige jongen en geen publiek figuur in de kleedkamer. Ik doe lekker mijn ding en maak met iedereen een babbeltje. Dat Ibrahim Afellay en Bruno Martins Indi bij de club kwamen vond ik wel een toevoeging. Het is fijn om in je eigen taal te kunnen spreken en we zijn allemaal opgegroeid met de Nederlandse voetbalschool. Hetzelfde geldt voor Marko Arnautovic; we hebben vier jaar samen op links gespeeld en dat klinkte meteen. Je hebt een bepaalde connectie met die jongens. Inmiddels voelt Alderly Edge wel als een tweede thuis en is de sfeer op de club ook heel goed.”
Zijn er nog bijzondere gewoontes waar je aan moest wennen?
“Nou, we hebben een rad in de kleedkamer. Als je een regel overtreedt moet je een boete betalen. Bijvoorbeeld vijftig pond als je te laat komt, je telefoon gebruik in de fysioruimte, je boxershort achterlaat in de douche of je bord laat staan na het ontbijt. In plaats van de boete kun je er echter ook voor kiezen aan het rad te draaien. ‘Ten flicks’ (tien tikken tegen je oren van de hele selectie), ‘Red Arse’ (vanaf randje zestien op je blote kont schieten) en ‘Fancy Dress’ (tijdens een reisdag een jurk dragen) zijn mogelijke uitkomsten. Er staan maar een paar positieve dingen op zoals ‘Cash back’ en ‘Team pays fine’, dus ik betaal liever gewoon. Laatst spinde iemand ‘Team dinner’ en gingen we op zijn kosten uiteten. Geloof me, het waren geen goedkope gerechten die besteld werden, haha!”
Je bent 29 en zit in je vijfde seizoen. Wat zijn je ambities?
“Sommige mensen stippelen hun voetbalcarriere uit, maar ik kijk gewoon wat er komt. Zeker na wat ik heb meegemaakt. Natuurlijk wil ik een volgende stap maken, maar één misstap op de training en je scheurt wat af of breekt je been. Ik denk dat het voor mij nog wel mogelijk moet zijn nog een stap te maken binnen de Premier League. We zitten goed hier en mijn vrouw Nermina heeft hier ook haar carrière. Ik heb geen specifieke droomclub in Engeland; mijn droomclub is en blijft FC Utrecht. Ik zou het ook mooi vinden daar af te sluiten bij FC Utrecht als ze me dan nog willen hebben.”
Concreet wil je gezien je leeftijd dus het liefst deze winter of zomer een stap maken?
“Sportief gezien wel. Een club in de top acht zou ik geweldig vinden. Een Everton of Liverpool zou bijvoorbeeld een prachtige stap zijn. Ik zei nog tegen mijn zaakwaarnemer toen Ronald Koeman naar Everton ging: ‘Als ze een linksback of linkscentraal zoeken, ga met hem praten!’ Had ie allang gedaan natuurlijk. Van Koeman had ik veel kunnen leren en Jürgen Klopp is ook een geweldige trainer. Zolang je voetbalt kijk je waar je heen kan, zeker als de jaren beginnen te tellen. Er is regelmatig interesse geweest, maar dat is nooit serieus geworden. Je kunt ook niet veel meer doen dan gewoon je best doen en kijken wat er op je pad komt.”
En als het sportief niet lukt, dan nog maar even ordinair de zakken vullen?
“Ik sta realistisch in het leven. Als ik geen sportieve stap kan nemen, maak ik hem financieel. Het maakt ook niet uit waar; het gaat erom dat je familie er later profijt van heeft. Als China komt met een zak geld, ben je gek als je het laat liggen. Zo’n stap kan ook als je 32 of 33 bent, maar je houdt je ogen en oren open en het ligt ook aan de fase van je carrière. Neem Mark Boussoufa; bij Anderlecht was hij vier jaar op rij de beste speler met legio goals en assists en toch kwam er geen topclub voor hem. Toen is hij lekker naar Rusland gegaan en daar zijn zakken gaan vullen. Dat is dat toch prima? Je kunt wel blijven zitten, maar als je droomclub niet komt schiet het niet op. Of neem Ryan Babel; hij zat bij Al-Ain FC te harken, vertrok en werd afgelopen seizoen kampioen met Besiktas.”
Je bent flink over de helft van je actieve carrière, hoe kijk je naar het naderende einde?
“Het aftellen is begonnen en ik denk dat ik het best ga missen. Elke ochtend opstaan, mezelf klaar maken, een koffietje drinken, een shake maken voor ons beiden en door naar de club. Je kan moeilijk bij een amateurclub aankloppen en zeggen: we gaan vanaf nu iedere ochtend om tien uur trainen. Ik vind het idee van stoppen best eng en ik denk dat het voetbal meer ga missen dan dat ik nu het normale leven mis. Ik ben me ook bewust dat ik erg gezegend ben met mijn leven. Veel mannen moeten heel hard werken voor een stuk minder salaris, dus ik weet dat ik een gelukkig man ben. Het is me echter niet komen aanwaaien; vanaf mijn veertiende heb ik keihard gewerkt.”
Wat heeft de wereld jou nog meer te bieden naast topvoetbal?
“Allereerst mijn vrouw Nermina. Ze heeft een carrière als realityster in de serie Real Housewives of Chesire en is zangeres. We gaan vaak samen uiteten en naar de film en daarnaast ben ik gek van basketbal en UFC. Verder heb ik door haar toedoen een bijbaan als Instagram husband, haha. Het is soms een beetje zoeken naar balans tussen onze werelden. Mijn vak is niet zwaar, maar vergt wel discipline. Ik zit inmiddels lang genoeg in het voetbalwereldje dat ik weet wat je wel en niet kan doen. In Engeland kom je nog wel weg met een klein biertje op een societyfeestje, maar het is vooral belangrijk dat je weet wanneer dat kan. Je gaat niet op donderdag- of vrijdagavond stappen en drinken als je zaterdags moet spelen. Lam worden zit er natuurlijk sowieso niet in als topsporter, maar er is niks mis met af en toe een glaasje whiskey na een dinertje op maandag- of dinsdagavond.”