voetbalzone

‘Ik heb Tadic gesproken en hij zegt dat hij gek wordt van het thuiszitten’

Yanick Vos22 mrt 2020, 20:02
Laatst bijgewerkt: 22 mrt 2020, 20:02
Advertentie

Als voorzitter van de Vereniging van Contractspelers (VVCS) staat Evgeniy Levchenko tijdens de coronacrisis veel in contact met de aanvoerders van de Eredivisie. In gesprek met Rondo laat hij weten dat veel spelers uit de Nederlandse competitie graag weer aan de slag willen, terwijl anderen liever geen risico willen nemen met oog op de verspreiding van het coronavirus.

“We horen verschillende geluiden”, zegt Levchenko over het contact met de aanvoerders uit de Eredivisie. “Jongens worden een beetje zenuwachtig en sommigen willen zo snel mogelijk weer voetballen. Ik heb vandaag toevallig Tadic gesproken en hij zegt: ik word helemaal gek van het thuiszitten. Anderen reageren heel kritisch en zeggen dat ze hun gezin niet willen besmetten. Het is een heel lastige kwestie.”

“Ik denk dat het heel belangrijk is dat op korte termijn wordt beslist of spelers op het terrein mogen komen en bijvoorbeeld met twee spelers mogen trainen. Als je twee spelers per kleedkamer zet met een bepaalde afstand ertussen", vervolgt Levchenko. "De enige manier om echt voetbal gerelateerd te trainen is om bijvoorbeeld een uurtje te trainen, daarna schoon te maken en dan weer te trainen.” Youri Mulder benadrukt dat wanneer dergelijke afspraken gemaakt worden, dit wel bij alle clubs moet gebeuren: “Niet dat je de situatie krijgt dat het in Brabant niet kan en in Groningen wel. Dan is het ook oneerlijk."

Levchenko ziet in de Eredivisie nog geen financiële problemen door de coronacrisis, maar in de Keuken Kampioen Divisie is dat wel anders. “Er is een groot verschil tussen de Eredivisie en Eerste Divisie”, aldus de oud-voetballer, die wijst naar het CFK, een overbruggingsfonds waarin contractspelers een deel van het bruto inkomen inleggen in een persoonlijke fonds. “Als je in de Eerste Divisie naar het CFK kijkt, dan heb je een heffing voor spelers die minder dan 25.000 euro per jaar verdienen. Meer dan vijftig procent van Eerste Divisie-spelers hebben zo’n ontheffing. Mensen moeten zich realiseren dat heel veel spelers in de Eerste Divisie heel weinig geld verdienen.”

Over de inleg bij het overbruggingsfonds zijn spelers geen belasting en sociale premies verschuldigd. Aan het einde van de voetballoopbaan ontvangen de spelers een aantal jaren een overbrugginsuitkering. ‘De hoogte en de duur van deze uitkering is afhankelijk van de hoogte van het fondssaldo. De overbruggingsuitkering wordt maandelijks overgemaakt, onder inhouding van loonbelasting en sociale premies’, zo meldt het CFK.