‘Ik hoef niet weg: ik heb bij Ajax, zeker sportief, alles wat ik wil hebben’
Kenneth Vermeer staat aan de vooravond van zijn zevende seizoen bij Ajax. De 27-jarige keeper werd in het seizoen 2006/07 voor het eerst bij de A-selectie gehaald en maakte toen ook zijn debuut, in de Europese wedstrijd tegen IK Start uit Noorwegen. Inmiddels is de Amsterdammer jaren verder en wijzer en is hij niet meer weg te denken onder de lat. Vermeer voelt zich zelf ook erg goed bij de club.
Hij nadert inmiddels de honderd duels voor Ajax in de Eredivisie en heeft het vertrouwen van de staf al lang en breed gewonnen. Hoewel hoofdtrainer Frank de Boer het nog niet officieel heeft bevestigd, ziet het er naar uit dat Vermeer ook het seizoen 2013/14 gaat beginnen als nummer één tussen de palen. De doelman wordt zelf voortdurend gepolst over de zogenaamde ‘strijd’ met Jasper Cillessen.
Een échte strijd is het namelijk niet, vindt Vermeer. Dat zegt hij in een interview op de clubwebsite van Ajax. “Ik word constant, in bijna elk interview, gevraagd naar keepersstrijd. Maar daar ben ik helemaal niet mee bezig. Ik houd me alleen met mezelf bezig. Jasper en ik gaan ook goed met elkaar om; zie maar hoe we samen trainen. Het maakt mij ook niet uit wie er vrijdag tegen Osasuna of Werder Bremen keept.”
“Het zijn allebei mooie tegenstanders. Ik heb afgelopen jaar een constant seizoen gedraaid. Zoiets geeft geen garanties, maar volgens mij heeft de trainer geen reden om te wisselen”, geeft Vermeer hoopvol aan. Hij heeft zin in het nieuwe seizoen en is positief gestemd over de kansen van Ajax. “En als er spelers weg gaan dan zal de club daar goed op anticiperen. Ik hoef in elk geval niet weg. Ik heb bij Ajax, zeker sportief, alles wat ik wil hebben.”
Vorig seizoen hield Vermeer het vaakst de nul van alle doelmannen in de Eredivisie: dertien keer. In de laatste drie duels tegen Heracles, NAC en Willem II werd hij niet gepasseerd. In november vorig jaar stelde Louis van Gaal hem in de basis op in de oefeninterland tegen Duitsland: voor Vermeer was dat zijn debuut als international. Tegen Estland, Roemenië en Indonesië stond hij ook tussen de palen en tot nu toe incasseerde hij nog niet één tegentreffer.