‘Ik kon Agüero, Di María, Rodríguez en Falcao naar Engeland brengen’

De regels in de Premier League maken het onmogelijk om talenten uit Zuid-Amerika al op jonge leeftijd naar Engeland te halen. Spelers moeten een minimum aantal interlands achter hun naam hebben staan, willen zij een werkvergunning bemachtigen in het voetbalwalhalla. Barry McIntosh betreurt dat ten zeerste. De zaakwaarnemer zegt dat hij al menig Zuid-Amerikaans talent heeft aangeboden in Engeland, maar dat clubs iedere keer vastlopen op de regels.

McIntosh is gespecialiseerd in Zuid-Amerika en scout daar veel talentvolle spelers. Het lukte hem Mauro Zárate, Christian Benítez en Andrés D’Alessandro naar de Engelse velden te loodsen, maar de écht grote vissen bleven uit. Hij scoutte ze wel, maar slaagde er door de regels van de overheid en de competitie niet in ze ook daadwerkelijk onder te brengen bij een Premier League-club, vertelt hij.

“Ryan Giggs zou geen werkvergunning hebben gekregen, als Wales geen onderdeel was van het Verenigd Koninkrijk. Lionel Messi, met al zijn talent, had ook geen werkvergunning kunnen krijgen voor Engeland toen hij als kind naar Barcelona ging”, legt McIntosh uit in gesprek met de Daily Mirror. “Er moet niet alleen iets veranderen in de reglementen voor niet-EU-spelers, maar ook bij de trainers. Zij moeten niet alleen zaken doen met de zaakwaarnemers waar zij een voorkeur voor hebben.”

“Ik herinner me nog dat ik in Argentinië aan het scouten was en Sergio Agüero aanraadde bij Martin Ferguson, de broer van Sir Alex. Die is gaan kijken bij Independiente tegen Huracán en Agüero bleek beschikbaar voor 3,5 miljoen euro, als 17-jarige. Maar Agüero ging naar Atlético Madrid en zit nu bij Manchester City… dat is ironisch”, aldus McIntosh. Hij heeft nog veel meer voorbeelden.

“Ángel Di María kon ik voor minder dan vijf miljoen euro naar Engeland halen, voordat hij naar Benfica ging. James Rodríguez, die recent naar AS Monaco ging, heb ik aangeboden bij Alex McLeish van Birmingham City en Harry Redknapp van Tottenham Hotspur, voor 3,5 miljoen euro. Ik zag al dat hij een supertalent was. Radamel Falcao zag ik in 2008 bij River Plate. Die kostte 2,5 miljoen euro en ik wilde hem naar Birmingham brengen. Uiteindelijk was hij degene die André Villas-Boas op de kaart zette…”, weet McIntosh.