In beeld: de 23 meest bizar bijgelovige trainers en voetballers
Erik van Dam18 jul 2014, 08:15
Laatst bijgewerkt: 18 jul 2014, 08:15
Advertentie
In beeld: de 23 meest bizar bijgelovige trainers en voetballers
Gary Lineker loste tijdens de warming-up nooit een schot op doel, want dan zou hij een doelpunt verspillen. Scoorde hij in de eerste helft niet, dan deed hij in de rust een ander shirt aan. Als hij een paar wedstrijden achter elkaar niet scoorde, liet hij zijn haar knippen. Gekkenhuis.
In zijn autobiografie deed José Manuel Reina uit de doeken hoe bizar bijgelovig hij is. “Zes uur voor de aftrap moet ik altijd naar het tankstation, dat halverwege mijn huis en Anfield ligt. Dan tank ik de auto helemaal vol, ook als het maar 8 pond kost. Ik doe het steeds weer, voor elke wedstrijd. En ik parkeer altijd op parkeerplaats 39, niet op 41 of 42.”
Hij heeft zeker vijftig rituelen die horen bij zijn bijgelovigheid, onthulde John Terry eens. Komt-ie, hè: voor de wedstrijd luistert hij in zijn auto naar Usher, Terry parkeert altijd op dezelfde plek, zit altijd op dezelfde stoel in de bus, doet de tape om zijn sokken altijd drie keer rond zijn been en gebruikte zelfs tien jaar lang dezelfde scheenbeschermers.
Voor iedere wedstrijd van Frankrijk op het WK 1998 liep Laurent Blanc naar doelman Fabien Barthéz toe en kuste hem op het hoofd. Aan het eind van de rit pakten de Fransen de wereldtitel. Toen de twee elkaar weer troffen bij Manchester United, deden ze het opnieuw voor aanvang van Champions League-duels.
Ja, ook Johan Cruijff was bijgelovig in zijn beste dagen. En niet zo’n beetje ook! Hij wilde altijd als een van de laatsten gemasseerd worden, de masseur moest hem steevast ‘een heel goede wedstrijd’ wensen, Cruijff droeg de bal naar het veld en gaf doelman Gert Bals daarna een tik in de buik. En na de aftrap trapte hij nog even zijn kauwgom weg naar de andere helft. Pfff.
Niet alleen Johan Cruijff, maar ook de grote Pelé was zo bijgelovig als wat. Hij gaf eens zijn wedstrijdshirt aan een fan en daarna speelde hij ineens een tijd dramatisch. Een vriend moest en zou het shirt terugkrijgen en zo geschiedde: Pelé kreeg het na een week terug en raakte weer in vorm. Wat de vriend er niet bij zei, was dat hij nooit op zoek was gegaan en gewoon een ander wedstrijdshirt aan de grootheid had teruggegeven.
Even serieus, een capsule met ‘heilig water’? Ja, echt. Shay Given legt voor aanvang van iedere wedstrijd een capsule achter zijn doel, voor zowel wedstrijden voor zijn club als in het verleden voor zijn land.
Vincent Tan werd in mei 2010 eigenaar van Cardiff City, maar heeft vooral de pers gehaald met rare fratsen. Na de promotie naar de Premier League liet hij in januari dit jaar weten dat zijn club vooral spelers moest kopen met het cijfer 8 in hun geboortedatum. In Maleisië is dat immers een nummer dat geluk brengt…
Wedstrijd op komst? Even naar de kapper, dus, zo heeft Jermain Defoe zichzelf aangeleerd. “Ik moet mijn haar kortgeknipt hebben voor de wedstrijd echt begint. Op de een of andere manier raak ik altijd geblesseerd als mijn haar te lang is.”
Iker Casillas is de voorbije jaren wat van zijn glans kwijtgeraakt. Zou hij nog steeds na elk doelpunt (voor of tegen, dat is het gekke ervan) de lat aanraken? Zijn sokken draagt hij in ieder geval na jaren en jaren niet meer binnenstebuiten, nadat José Mourinho hem zijn plek afnam bij Real Madrid.
Bobby Moore moest en zou als laatste van iedereen in de kleedkamer zijn voetbalbroekje aantrekken, voor de wedstrijd. Pas als iedereen zover was, deed Moore zijn broek ook aan en kon het feest beginnen.
Zo bang als een wezel, die Roberto Mancini. De trainingskledij van Manchester City mocht ab-so-luut niet paars zijn en een zoutvaatje wordt niet doorgegeven maar toegeschoven als een schaakstuk. Hoogtepunt: als iemand wijn morst, al is het maar een mini-druppel, doopt Mancini twee vingers erin en daarna plaatst hij die vingers achter zijn oor.
Paul Ince valt nog mee, maar toch. Net zoals veel andere voetballers wilde hij per se als laatste zijn shirt aantrekken en per se als laatste het veld opgaan. Deed hij dat niet, dan moest het die wedstrijd wel verkeerd aflopen voor zijn club.
David Beckham speelde in zijn Manchester United-jaren altijd met zijn ‘geluksonderbroek’ aan. Die liet hem zo goed spelen, dus moest-ie na iedere wedstrijd snel de was in om de wedstrijd erop weer aangetrokken te worden.
Het is niet zo dat Mario Gómez niet vaderlandslievend is, hoor. Maar voor aanvang van een interland meezingen met het Duitse volkslied: nee, geen denken aan. Dat brengt ongeluk.
Gary Neville piekerde er niet over andere schoenen te gebruiken als Manchester United de vorige wedstrijd had gewonnen. Bovendien greep hij naar dezelfde aftershave. ’Never change a winnning’ ehh… aftershave.
Zelden zo’n rare vent meegemaakt als Raymond Domenech. Hij baseerde zijn samenstelling van de Franse WK-selectie in 2006 mede op de sterrenbeelden van zijn internationals. Schorpioenen kwamen er niet in en Leeuwen waren een uitzondering.
De zus van Giovanni Trapattoni is non. Voor iedere wedstrijd wast de oude Italiaan zich even met heilig water, dat hij van zijn zus gekregen heeft. Geen grapje.
Kolo Touré wilde hoe dan ook als laatste het veld opkomen bij Arsenal. Tegen AS Roma leverde dat een probleem op, want William Gallas kreeg aan het begin van de tweede helft nog een snelle behandeling. Touré wachtte tot Gallas zover was en kwam er toen ook snel bij. Gevolg: gele kaart, want de scheids had gekke Kolo geen toestemming gegeven.
Mark van Bommel kon er ook wat van in zijn lange carrière. Als eerste op de behandeltafel om ingetaped te worden, daarna op sokken naar de wc. Dan de schoenen onder de warme kraan en daarna schepte hij een bekertje drinken uit een ton en nam één slok. In het voorbijgaan nam hij daarna steeds weer één slok. Elftalleider Mart van den Heuvel was tot slot de enige die Van Bommel de aanvoerdersband om mocht doen bij PSV.
Haha, houd je vast! David James sprak vanaf vrijdagavond tot de aftrap van de wedstrijd met niemand, want… ja, waarom? Alleen James zelf weet het. Ook ging hij naar het toilet in het stadion, waar hij wachtte tot iedereen weg was. Daarna spuugde hij op de muur en ging hij weer weg. Man, man, man…
Ze zijn er wel gekker dan Neil Warnock, maar ze zijn met weinig. De trainer stopt bij alle verkeerslichten na een zege, ongeacht of het licht nu op groen of op rood staat. De dag voor een wedstrijd kijkt hij de film ‘When Saturday Comes’. Zijn plas houdt hij zo lang mogelijk op tot het écht niet meer gaat pas als iedereen de kleedkamer uit is, wil Warnock weg.
Oud-keeper Sergio Goycochea uit Argentinië plaste op het veld om zijn territorium af te bakenen. Echt jongens, we verzinnen het niet. Tegen Joegoslavië had hij een keer hoge nood en plaste hij snel op het veld. Argentinië won, dus deed hij het een ronde later nog eens tegen Italië. Daarna flikte hij het voor iedere penaltyserie. Bizar.