In beeld: het droomelftal met oud-medespelers van Rui Costa

Rui Costa speelde eind vorige eeuw en aan het begin van deze eeuw bij Benfica, Fiorentina, AC Milan en het Portugese elftal samen meteen aantal hele grote namen. Het elftal dat hij, op verzoek van ‘Sky Sports’, kon maken van oud-medespelers, is dan ook niet mis, zoals te zien is in onze special!

Doel: Vitor Baía (Portugal) - “De beste keeper waar ik ooit mee samengespeeld heb. Hij was een geweldige vriend en een geweldige ploeggenoot. Hij deed het goed tussen de palen en het hele team kon op hem bouwen”, legt Rui Costa zijn keuze uit.

Verdediging: Cafu (AC Milan) - “Hij is mijn rechtsback. Een ploeggenoot bij Milan, die voor Brazilië speelde. Hij was een rechtsback die vaak meer op een rechtsbuiten leek. Hij kwam pas naar Milan toen hij in de dertig was, maar was elke wedstrijd nog een uitblinker.”

Verdediging: Alessandro Nesta (AC Milan) - “Nesta was waarschijnlijk de elegantste voetballer waar ik ooit mee samengespeeld heb. Hij was supersnel, was heel wendbaar en had een totaal eigen stijl. Hij was briljant in één-tegen-één-situaties en een goede vriend.”

Verdediging: Carlos Mozer (Benfica) - “Hij is waarschijnlijk de centrale verdediger waar ik het meest tegen opkijk, vanwege zijn atletisch vermogen, zijn kwaliteiten en zijn winnaarsmentaliteit.”

Verdediging: Paolo Maldini (AC Milan) - “Op linksback was Maldini de beste voetballer waar ik mee samengespeeld heb. Een geweldige aanvoerder, een geweldige voetballer, een geweldige kerel en een geweldige ploeggenoot. Toen ik bij Milan kwam had hij alles al gewonnen, maar hij liet elke dag zien dat hij nog meer wilde en dat sloeg over op iedereen.”

Middenveld: Andrea Pirlo (AC Milan) - “Ik moet mijn maatje Pirlo kiezen, die eigenlijk begon als een nummer 10, mijn positie. Hij kwam naar Milan om de tweede nummer 10 te worden en veranderde in de beste nummer 6 ter wereld. Hij is waarschijnlijk de meest technische speler waar ik ooit mee samengespeeld heb.”

Middenveld: Paulo Sousa (Benfica & Portugal) - “Naast Pirlo zet ik Paulo Sousa, een ploeggenoot van mij in de jeugd van Benfica en later ook bij het nationale elftal. Paulo was een briljant tacticus. Hij had de kwaliteit om te begrijpen en te anticiperen op wat er op het veld gebeurde. Daarom kies ik hem in dit team.”

Middenveld: Kaká (AC Milan) - “Op de nummer 10 kies ik een andere speler waarvan ik het geluk had om hem te mogen zien opgroeien. Ik heb het over Kaká. Hij kwam als een jochie bij de club, terwijl mijn carrière er bijna opzat. Iedere speler die zijn positie in het team kwijtraakt, wil dat zijn vervanger een geweldige speler en een bescheiden persoon is. In de rust van iedere wedstrijd kwam hij naar mij toe om te kijken of ik hem nog advies ging geven. Het was een eer om een rol in zijn ontwikkeling te mogen spelen.”

Aanval: Luís Figo (Portugal) - “Het is bijna onmogelijk om vier aanvallers te kiezen, maar ik ga voor mijn collega bij de nationale ploeg, en vriend voor het leven, Figo. Hij won de Ballon d’Or toen ik zijn ploeggenoot was. Hij is waarschijnlijk de beste buitenspeler die ik ooit heb gezien. De manier waarop hij een mannetje passeerde, zijn voorzetten. Hij was geen buitenspeler die alleen maar aan de zijkant bleef, hij kon ook naar binnen komen om kansen te creëren.”

Aanval: Cristiano Ronaldo (Portugal) - “Op link kies ik voor een andere Ballon d’Or-winnaar en een andere ploeggenoot. Ik heb het natuurlijk over Ronaldo. Wat er voor mij uitspringt is zijn werkethiek. Van jong af aan heeft hij altijd die drang gehad en hij wist al vroeg dat hij de beste speler ter wereld zou gaan worden.”

Aanval: Gabriel Batistuta (Fiorentina) - “Ik kies de speler waar ik het meest mee samen heb gespeeld en waar ik de sterkste band mee heb opgebouwd. We zijn ook vrienden voor het leven. Van alle spitsen waar ik mee samen heb gespeeld, had hij het meest een neusje voor de goal. Hij kon vanuit alle posities scoren. Kopballen uit vrije trappen, penalty’s, van buiten de zestien, met zijn rug, schouder en hak, hij scoorde op zoveel verschillende manieren. We waren niet het beste team van Italië, maar we hadden bij Fiorentina wel de missie om de beste aanval te hebben. Dankzij Batistuta lukte dit vaak ook nog.”