In beeld: hoe staat het met het Portugese team dat de EK 2004-finale verloor?

Het EK 2004 kreeg met Griekenland een zeer verrassende winnaar, maar het had ook anders kunnen lopen. Thuisland Portugal schopte het namelijk ook tot de finale, al moesten de mannen van Luiz Felipe Scolari toen wel het hoofd buigen na een goal van Angelos Charisteas. Wat er is geworden van het Portugese elftal dat in eigen land de finale haalde zie je in onze special!

Eerste doelman Ricardo hing in 2014 zijn keepershandschoenen aan de wilgen. Hij speelde zijn laatste wedstrijden in dienst van tweedeklasser Olhanense.

Reservekeeper Quim kan er op veertigjarige leeftijd nog steeds geen genoeg van krijgen. Hij verdedigt tegenwoordig het doel van Aves, dat één niveau onder de Liga NOS speelt.

Derde doelman José Moreira speelde tijdens het EK 2004 voor Benfica en staat tegenwoordig, na omzwervingen langs Swansea City en Omonia, onder de lat bij Olhanense.

Paulo Ferreira stopte in 2013 na negen jaar bij Chelsea met voetballen. Hij trad daarna toe tot de technische staf en werkte ook als ambassadeur van ‘the Blues’.

Rui Jorge ging in 2006 bij Belenenses met pensioen als voetballer en zette daar in 2009 ook zijn eerste schreden als coach. De voormalig linksback is sinds 2010 bondscoach van Jong Portugal.

Jorge Andrade speelde zijn laatste twee seizoenen voor Juventus en hing daar in 2009 zijn voetbalschoenen aan de wilgen. Hij begon in 2014 als assistent-trainer bij Atlético Clube de Portugal en werkte er ook even als hoofdcoach. Andrade heeft sinds dit jaar de leiding bij Oriental uit de Portugese hoofdstad Lissabon.

Aanvoerder Fernando Couto speelde zijn laatste jaren in Italië en stopte in 2008 in dienst van Parma met voetballen. Hij werkte daarna als technisch directeur bij Sporting Braga en was ook coach van het Indiase Calcutta.

Miguel speelde in 2012 zijn laatste wedstrijd voor Valencia. Twee jaar later dook hij weer op bij de Portugese spelersvakbond en hield daar onder andere zijn conditie op peil.

Nuno Valente zette in 2009, na vier jaar bij Everton, een punt achter zijn loopbaan. Hij ging daarna aan de slag als scout voor de Engelsen en keerde later terug naar Sporting Portugal, waar hij toetrad tot de staf.

Beto speelde in 2011 zijn laatste wedstrijd voor het Spaanse Alzira en ging daarna aan de slag op de PR-afdeling van Sporting Portugal, de club waar hij eerder al twaalf jaar speelde.

De onverwoestbare Ricardo Carvalho rondde onlangs bij AS Monaco zijn negentiende seizoen in het betaald voetbal af en is op 38-jarige leeftijd ook nog gewoon van de partij op het EK.

Costinha stopte in 2010 na drie jaar bij het Italiaanse Atalanta met voetballen. Hij ging daarna aan de slag als technisch directeur bij Sporting Portugal en het Zwitserse Servette FC. Het veld bleef echter toch trekken en Costinha probeerde het als coach bij Beira-Mar en werkte ook voor Paços de Ferreira. Sinds eind juni heeft hij de leiding bij Académica, dat net gedegradeerd is van het hoogste niveau.

Luís Figo sloot in 2009 in dienst van Internazionale zijn loopbaan af en bleef daarna actief in de voetballerij. Hij lanceerde vorig jaar een campagne om te worden verkozen tot president van de FIFA en koste van Joseph Blatter, maar trok zich weer terug.

Petit speelde zijn laatste seizoen voor Boavista als speler-coach en bleef nadat hij helemaal stopte met voetballen ook actief als trainer. Hij staat sinds 2015 voor de groep bij Tondela.

Rui Costa ging meteen na zijn pensioen in 2008 aan de slag als technisch directeur bij Benfica en is dat nog steeds. Hij was onder andere verantwoordelijk voor de transfers van Javier Saviola, Pablo Aimar en Ramires en zag de club vier keer kampioen worden in de afgelopen zes jaar.

Maniche speelde in 2011 zijn laatste wedstrijd voor Sporting Portugal en werkte daarna als assistent bij Paços de Ferreira. Hij is sinds dit jaar assistent bij Académica.

Tiago Mendes was 23 tijdens het EK in eigen land en voetbalt nog steeds. De sterke middenvelder staat sinds 2011 onder contract bij verliezende Champions League-finalist Atlético Madrid.

Deco zette in 2013, na zeventien seizoenen op het hoogste niveau, een punt achter zijn carrière. Hij speelde de laatste drie jaar voor het Braziliaanse Fluminense.

Pauleta stopte in 2008 al met voetballen in dienst van Paris Saint-Germain. De goalgetter kwam in 2010 echter terug bij amateurclub São Roque op zijn geboortegrond de Azoren en voetbalde daar nog een seizoen. Sindsdien werkt hij onder andere als ambassadeur van SOS Children’s Villages.

Simão Sabrosa staat op 36-jarige leeftijd nog steeds op het veld. Hij speelde in zijn carrière voor onder andere Sporting Portugal, Barcelona, Benfica en Atlético Madrid en staat sinds vorig jaar onder contract bij het Indiase NorthEast United.

Cristiano Ronaldo was pas negentien jaar oud toen Portugal de EK-finale verloor en is nu nog steeds de man die de kar moet trekken bij ‘a Selecção’. De ster van Real Madrid bereikte donderdag met Portugal, ten koste van Polen, de halve finale van het EK 2016.

Nuno Gomes ging in 2013 met pensioen nadat zijn contract bij Blackburn Rovers niet verlengd werd en ging daarna aan de slag bij Benfica. Hij is daar sinds vorig jaar hoofd jeugdopleiding.

Heldér Postiga speelt alweer zestien jaar op het hoogste niveau. De laatste jaren kwam hij uit voor Lazio, Deportivo La Coruña en Atlético Kolkata. Hij keerde in februari terug naar Portugal om voor Rio Ave te gaan spelen en was op de laatste speeldag verantwoordelijk voor de goal die de ploeg kwalificatie voor de Europa League bezorgde.

Bondscoach Luiz Felipe Scolari stapte in 2008 over naar Chelsea, maar werd zeven maanden later alweer ontslagen in Londen. Hij werkte daarna bij Bunyodkor, Palmeiras en Grêmio en was tussen 2012 en 2014 ook bondscoach van het Braziliaanse elftal. Scolari stapte op nadat Brazilië de troostfinale van het WK in eigen land met 3-0 verloor van het Nederlands elftal en hij is sinds 2015 de baas bij het Chinese Guangzhou Evergrande.