In beeld: twintig legendarische uitspraken van cultheld Sjaak Polak
Robin Bruggeman25 jun 2017, 08:15
Laatst bijgewerkt: 25 jun 2017, 08:15
Advertentie
In beeld: twintig legendarische uitspraken van cultheld Sjaak Polak
Het is alweer zeven jaar geleden dat Sjaak Polak zijn laatste wedstrijd als prof speelde, maar de prachtige uitspraken van de cultheld komen nog steeds regelmatig voorbij. In onze special zie je twintig van zijn meest legendarische quotes! Reageren? Dat kan op onze Facebook-pagina!
“Ellebogen of doodschoppen geef ik niet, maar ik kan wel eens onberekenbaar uit de hoek komen.”
“Ik mikte op het reclamebord, maar hij ging er aardig in”, nadat hij in dienst van Sparta Rotterdam scoorde tegen het uit zijn geboortestad afkomstige ADO Den Haag.
“Of ik het nou ben, of Haris (Medunjanin, red.), of Pietje Puk of de ‘materialenman’ die ‘m binnenschiet, het belangrijkste is dat we gewoon punten halen.”
“Hij was Lingo aan het spelen en ik ben blij dat die twee er nog inzitten. Ik denk dat ‘ie nou een rode bal heeft gepakt, want hij was nogal gevoelig”, nadat Anthony Lurling een gevoelige plek van Polak vastgreep.
“De KNVB kan de kaarten beter per post sturen”, na zijn zoveelste gele kaart.
“Onder trainer Foeke Booy speel ik bij Sparta niet. Dat vind ik niet terecht. Ik vind dat ik wél hoor te spelen. Blijkbaar pas ik niet in zijn plaatje.”
“Ik stond niet op zijn voet. We raakten elkaar gewoon aan. Dat is alles. Alleen dat hij dan op drie plaatsen zijn been breekt en zo weer door ‘ken’ voetballen. Knap hoor”, nadat Ruud ter Heide theatraal naar de grond ging en Polak een rode kaart kreeg.
“Die bal zit, dus dan mag je er niet meer over praten. Die bal raak het net, klaar, simpel.”
“Met de broek naar beneden en dan de volle hand erop, ja, dat is niet fijn hoor. Gewoon pijn aan de billen.”, na een flinke afstraffing.
“Als ‘ie z’n poot had gebroken, had ik een fruitmandje gebracht.”
“Ja ‘tuurlijk doe je wat fout, de keeper zal wel gokken, maar het is gewoon slecht ingeschoten. De vorige 20 of 25 stuks niet gemist en je zou zeggen dat het een keer fout gaat en dat is vanavond gebeurd”, na een zeldzame misser van elf meter.
“Ik heb met Jelle ten Rouwelaar gespeeld, die komt niet zo goed van de grond af.”
“Vorige week tegen Emmen-uit speelden we zo goed, dat ging nergens over. Ik dacht even dat we in Barcelona beland waren.”
“We hadden ook wel een off-day, maar dat mag je tegenwoordig in de huidige voetballerij niet meer zeggen”, na een tegenvallende wedstrijd.
“Dan pakt die Gomes nou een geweldige vrije trap, wat moet je dan als die man alles pakt? Sta ik vanavond hier nog te schieten”, na een wedstrijd tegen PSV.
“Gewoon je helm opzetten en je motor starten, da’s het enige wat je kan doen tegen die gasten”, na een wedstrijd waarin Andelé Slory zijn directe tegenstander was.
“Ik sta hier te lachen, maar ik kan wel janken.”
“Mijn jeugd gun je je ergste vijand niet.”
“Voor wiskunde? Dan moet ik even graven, dat zal niet hoog geweest zijn”, na een vraag van een verslaggever welk cijfer hij voor wiskunde had.
“Een biertje lust ik niet, als ik dat alleen maar ruik word ik al misselijk.”