In beeld: wat is er geworden van Lazio’s succesteam tussen 1999 en 2001?
Robin Bruggeman15 apr 2016, 08:15
Laatst bijgewerkt: 15 apr 2016, 08:15
Advertentie
In beeld: wat is er geworden van Lazio’s succesteam tussen 1999 en 2001?
Het Italiaanse voetbal werd in de jaren ’90 gedomineerd door AC Milan en Juventus, maar Lazio lukte het om aan het einde van het decennium de hegemonie te doorbreken. De club won in 199/99 de Europa Cup II en daarna volgden een landstitel, een Europese Super Cup, een Coppa Italia en een Supercoppa. Wat er is geworden van het sterrenteam dat Lazio bij elkaar verzamelde zie je in deze fotospecial!
Sven-Göran Eriksson – De Zweedse coach was al eerder de baas bij aartsrivaal AS Roma en na een periode bij Sampdoria stapte hij in 1997 over naar Lazio. Eriksson won in Rome onder andere een landstitel en de Europacup II, voordat hij in januari 2001 zijn ontslag indiende en een paar dagen later tekende als bondscoach van Engeland. Na zijn periode als bondscoach was hij onder andere werkzaam bij Manchester City, Leicester City en Notts County.
Tord Grip – Erikssons trouwe rechterhand, en landgenoot, Tord Grip kwam in 1998 bij de club en maakte daar net de glorietijd mee. In 2001 volgde hij zijn baas naar Engeland, waar hij assistent werd bij het Engelse elftal. Grip is momenteel de assistent-bondscoach van Kosovo.
Dino Zoff – De legendarische doelman van Juventus nam het stokje begin 2001 over van Eriksson en eindigde het seizoen met Lazio op de derde plaats in de Serie A. In de jaargang 2001-02 hield Zoff het echter niet lang vol: hij diende eind september al zijn ontslag in. In 2005 was hij nog even werkzaam bij Fiorentina, maar ondanks dat hij er in slaagde de club voor degradatie te behoeden werd hij aan het einde van het seizoen ontslagen.
Luca Marchegiani – De Italiaanse keeper brak door in het doel van Torino en speelde daarna tien jaar voor Lazio. Bij de club won Marchegiani onder andere de landstitel, twee Coppa Italia’s en de Europa Cup II. Hij mocht ook als reservedoelman mee naar het WK 1994 en speelde daar nog drie wedstrijden. Marchegiani stapte in 2003 over naar Chievo en hing twee jaar later zijn handschoenen aan de wilgen.
Angelo Peruzzi – Na zijn komst van Internazionale in 2000 nam Peruzzi het stokje al vrij snel over van Marchegiani. De Italiaan keepte ruim tweehonderd wedstrijden in het shirt van Lazio en sloot zijn carrière in 2007 af in Rome.
Sinisa Mihajlovic – De Serviër kwam in 1992 naar Italië, waar hij eerst speelde bij AS Roma en Sampdoria, voordat hij in 1998 overstapte naar Lazio. Na zes jaar verkaste hij naar Internazionale en hij ging daar in 2006 ook meteen aan de slag als assistent-trainer. Mihajlovic coachte daarna onder andere Catania, Fiorentina en Sampdoria, voordat hij aan het begin van dit seizoen trainer van AC Milan werd. Dit was echter maar van korte duur: hij werd afgelopen dinsdag ontslagen.
Alessandro Nesta – De verdediger kwam uit de jeugd van Lazio en brak in 1993 door in het eerste elftal. In negen jaar speelde hij ruim tweehonderd wedstrijden voor de club, voordat Nesta in 2002 overstapte naar AC Milan. In de modestad won hij onder andere twee Champions Leagues en hij zette, na avonturen in Canada en India, in 2014 een punt achter zijn loopbaan.
Fernando Couto – De Portugese stopper kwam in 1998 over van Barcelona en ontwikkelde zich al snel tot een dragende kracht in Rome. Couto speelde een dikke tweehonderd wedstrijden voor Lazio en vertrok na zeven jaar naar Parma. Hij stopte in 2008 met voetballen en verdween daarna even uit beeld, maar Couto dook in 2012 weer in de voetballerij op als assistent bij Sporting Braga.
Diego Simeone – De Argentijnse mannetjesputter diende aardig wat clubs in zijn carrière. Hij begon bij Vélez Sársfield, voordat avonturen in Italië en Spanje volgden. Lazio nam Simeone in 1999 over van Internazionale en zag hem in 2003 weer terugkeren naar Atlético Madrid, dezelfde club als waar hij sinds 2011 de scepter zwaait als hoofdtrainer. Hier won Simeone onder andere een landstitel en de Europa League en behaalde hij de finale van de Champions League.
Roberto Mancini – De flegmatieke middenvelder streek in de herfst van zijn loopbaan neer bij Lazio, nadat hij zo’n 450 wedstrijden had gespeeld in het shirt van Sampdoria. In Rome fungeerde hij al als rechterhand van Eriksson, voordat hij zelf coach werd bij onder andere Fiorentina, Manchester City en zijn huidige club Internazionale.
Pavel Nedved – De Tsjech is de boeken ingegaan als clublegende bij Juventus, maar voor zijn komst naar Turijn speelde Nedved vijf seizoenen bij Lazio. Hier pakte hij de landstitel mee, voordat hij er bij Juventus nog twee aan toevoegde. Nedved zit tegenwoordig in het bestuur van ‘la Vecchia Signora’.
Dejan Stankovic – De Serviër speelde bijna zijn hele loopbaan in Italië, eerst in dienst van Lazio en later in Milaan bij Internazionale. Hij werd in totaal zes keer kampioen in de Serie A en won in 2010 ook nog de Champions League. Stankovic stopte in 2013 met voetballen en is tegenwoordig assistent van zijn voormalig teamgenoot Mancini bij Inter.
Karel Poborsky – De Tsjechische vleugelaanvaller beleefde zijn gloriejaren in zijn thuisland en in het shirt van Manchester United. Poborsky speelde maar kort voor Lazio; hij kwam in 2001 over van Benfica en vertrok een jaar later alweer naar Sparta Praag, voordat hij in 2007 bij Ceské Budejovice stopte met voetballen.
Dino Baggio – Lazio haalde de ervaren verdedigende middenvelder in 2000 naar de Italiaanse hoofdstad, maar Baggio beleefde geen enorm succesvolle tijd bij de club. Hij werd in 2003 verhuurd aan Blackburn Rovers, terwijl er ook een uitleenbeurt aan Ancona volgde. De Italiaan sloot zijn carrière in 2005 af bij Triestina, al maakte hij in 2008 nog even kort zijn rentree bij Tombolo, een amateurclub vlakbij zijn woonplaats.
Juan Sebastián Verón – ‘La Brujita’ speelde twee jaar voor Lazio en deed het daar zo goed dat Manchester United in 2001 besloot vijfendertig miljoen euro neer te leggen om hem naar Engeland te halen. Verón kon echter maar moeilijk aarden in Manchester en na vier seizoen bij Chelsea, waar hij ook nauwelijks speelde, sloot hij in 2014 zijn loopbaan af bij Estudiantes.
Sérgio Conceiçao – De Portugese vleugelspeler wekte door zijn goede spel bij FC Porto in 1998 de interesse van Lazio. Na twee jaar vertrok Conceiçao echter alweer uit Rome, om in 2003 weer terug te keren. Na zijn return speelde hij maar een handjevol wedstrijden voor de Romeinen en na periodes bij Porto, Standard Luik en PAOK stopte hij in 2010 met voetballen. Als coach werkte hij bij onder andere Académica, Braga en zijn huidige club Vitória Guimaraes.
Fabrizio Ravanelli – De grijze spits speelde maar een jaartje voor Lazio, maar hij pakte dat seizoen wel mooi een kampioenschap mee. De bij Juventus groot geworden Ravanelli verkaste daarna naar Derby County, voordat hij bij Perugia in 2005 zijn loopbaan afsloot. Als coach werkte hij bij de jeugd van Juventus en hij stond in 2013 even aan het roer bij het Franse AC Ajaccio.
Marcelo Salas – Lazio haalde de Chileen in 1998 naar Europa. In zijn drie jaar bij de club maakte hij 44 doelpunten, voordat Juventus voor de deur stond om Salas over te nemen. Zijn periode in Turijn werd echter geen groot succes en na een periode bij River Plate zette de spits in 2008 een punt achter zijn carrière bij Universidad de Chile.
Claudio López – De Argentijnse aanvaller maakte eind jaren ’90 naam bij Valencia en Lazio haalde hem in 2000 voor vijfendertig miljoen euro naar Rome. López speelde vier jaar in het shirt van de Romeinen, verkaste daarna naar het Mexicaanse América en sloot in 2010 in het shirt van Colorado Rapids zijn loopbaan af.
Simone Inzaghi – Het jongere broertje van Filippo Inzaghi speelde ruim tien jaar, onderbroken door twee uitleenbeurten, voor Lazio en kwam in die periode aan bijna tweehonderd wedstrijden. Na zijn pensioen in 2010 bleef Inzaghi als jeugdtrainer aan de club verbonden en na het ontslag van Stefano Pioli nam hij op 3 april van dit jaar het hoofdtrainerschap van de club op zich.
Hernán Crespo – Lazio nam de Argentijnse topschutter in 2000 voor het toenmalige recordbedrag van bijna 44 miljoen euro over van Parma. Crespo schoot ook in Rome met scherp, maar hij vertrok na twee jaar alweer naar Internazionale, waarna periodes bij Chelsea, AC Milan en Genoa volgden. Hij keerde in 2010 weer terug bij Parma, waar hij in 2012 zijn voetbalschoenen aan de wilgen hing. Crespo ging aan het begin van dit seizoen aan de slag als coach van Modena in de Serie B, al was dat ook van korte duur: hij werd eind maart van dit jaar weer ontslagen.