Juventus maakt comeback compleet na hattrick van Dybala
Juventus heeft ook in de tweede speelronde van de Serie A geen fout gemaakt. De regerend kampioen was vorige week met 3-0 te sterk voor Cagliari en nam zaterdagavond de punten mee uit Genua, alwaar Genoa met 2-4 werd verslagen. De thuisploeg keek na zeven minuten nog tegen een 2-0 voorsprong aan.
Juventus kende een valse start, want na achttien seconden kon het thuispubliek al juichen. Miralem Pjanic werkte een harde voorzet van Goran Pandev in eigen doel en tekende daarmee voor het snelste tegendoelpunt van Juventus in competitieverband sinds de treffer van Sulley Muntari in oktober 2013 voor AC Milan. Zes minuten later werd het 2-0: Andrej Galabinov mocht na een overtreding van Daniele Rugani aanleggen vanaf elf meter en maakte geen fout. De penalty werd toegekend op basis van het oordeel van de videoscheidsrechter.
De treffer had echter eigenlijk niet mogen tellen omdat Galabinov eerder dertig centimeter buitenspel stond toen hij de bal ontving. Juventus was van slag, maar herpakte zich nog voor rust. Paulo Dybala drukte af na terugleggen van Pjanic en maakte er op slag van rust 2-2 van, vanaf elf meter. De bal ging wederom op de stip nadat de videobeelden waren geraadpleegd; Darko Lazovic had een handsbal gemaakt. Door die gelijkmaker tankte Juventus vertrouwen.
Het team van Massimiliano Allegri ging als de morele winnaar de kleedkamer in en stapte ook als winnaar van het veld, want Juan Cuadrado kroonde zich na ruim een uur spelen tot de redder. Hij werd vrijgespeeld door Mario Mandzukic, kapte naar binnen en schilderde de bal met zijn linker in de verre hoek: 2-3. In de blessuretijd maakte Dybala er nog 2-4 van; hij completeerde daarmee zijn hattrick. Er hadden nog meer treffers kunnen vallen, maar onder anderen Gonzalo Higuaín en Diego Laxalt hadden het vizier niet op scherp staan.