voetbalzone

Karelse: ‘NAC verdient het een keer de bekerfinale te halen’

Erik van Dam20 sep 2010, 17:27
Laatst bijgewerkt: 20 sep 2010, 17:27
Advertentie

NAC Breda veroverde door de jaren heen een status als cupfighter, maar de bekerfinale halen en te winnen lukte sinds 1973 nooit meer. Interim-trainer John Karelse, die de leiding heeft over de selectie na het vertrek van Robert Maaskant, hoopt van harte dat zijn team deze week een stap in de goede richting weet te zetten. Dinsdag wacht VVV-Venlo als tegenstander.

/

Karelse meent dat NAC wel eens toe is aan een plekje in de eindstrijd van het bekertoernooi. “We hebben er onderhand ook wel recht op. We hebben de afgelopen zeven jaar vier keer de halve finale gehaald. Dan verdien je het ook een keer die finale te halen.” Op de officiële website van de club krijgt hij bijval van zijn technisch directeur, oud-speler Jeffrey van As.

“Voor een club als NAC is de kans dat je landskampioen wordt niet erg groot. Je kunt Europees voetbal halen door bij de eerste vijf te eindigen of de play-offs te winnen. Maar dan sta je niet met een prijs in je handen. Dat maakt de beker zo mooi: het gaat echt om een prijs”, meent de oud-keeper. “Onze doelstelling, of misschien beter verwachting, is een plaats tussen acht en twaalf”, voegt interim-coach Gert Aandewiel daaraan toe.

“Dat is het resultaat van 34 wedstrijden, dus een mindere dag kun je goed maken. De finale kun je in vijf wedstrijden bereiken, maar je moet en een beetje geluk hebben met de loting en vijf keer de vorm van de dag hebben.” Voor aanvoerder Rob Penders is het waarschijnlijk de laatste kans om toch nog de beker te kunnen tonen op de Grote Markt. “Vier keer hadden we de finale in zicht. Zeker in 2003 bij FC Twente hadden we kunnen en moeten winnen.”

“Vorig jaar was de kwartfinale tegen Go Ahead Eagles een teleurstelling, dat is duidelijk. Daarom hoop ik net als heel Breda en omgeving dit jaar op een fantastisch bekeravontuur . Ik hoop dat er veel supporters ons komen steunen, want op een echt Avondje NAC zijn wij onverslaanbaar.”