Kenneth Perez geniet van PSV: ‘Met dit middenveld word je echt verwend’
PSV boekte zondag, ondanks de vele afwezigen door besmettingen met het coronavirus, een eenvoudige zege op ADO Den Haag. De Eindhovense club was met 4-0 te sterk voor de Hagenaars. Roger Schmidt miste in totaal, ook door blessureleed, liefst dertien spelers, maar kon desondanks op het middenveld en in de aanval belangrijke namen als Ibrahim Sangaré, Adrian Fein, Mario Götze, Mohamed Ihattaren, Donyell Malen en Eran Zahavi opstellen. Bij het televisieprogramma Eredivisie op zondag bij FOX Sports ging het vooral over de belangrijke rol van Götze.
“Ik heb persoonlijk voor het eerst sinds lange tijd weer genoten van PSV”, erkende Kenneth Perez zondag. “Er was sprake van venijn, gogme… En dat wil ik ook graag zien tegen betere tegenstanders. Je had natuurlijk de wedstrijd tegen Granada, maar toen speelde Fein niet en dat was een andere samenstelling. Ik zou graag dit middenveld weer willen zien. Dan word je echt verwend als voetballiefhebber, zeker ten opzichte van wat er eerst stond. Dat komt zeker door Fein, zeker door Götze die fitter wordt. Die twee hebben elkaar ook het meest gevonden van iedereen. Dit is ook voordelig voor Ihattaren, nu heeft hij ook spelers waar hij goed mee kan spelen. Spelers die hem op het juiste moment inspelen.”
Arnold Bruggink haakte in. “Kenneth, ik vind dat Sangaré daar ook wel bijhoort. Hij heeft iets anders qua volume, qua power. Iets wat PSV heel lang niet heeft gehad.” Daar was Perez het mee eens. “Met een goede voetballer naast hem zal hij veel eerder en beter in zijn rol als balafpakker groeien. Dat hij de bal inlevert en anderen laat spelen. Maar als hij naast een Jorrit Hendrix of een Pablo Rosario speelt, dan wordt hij ook vaker gezocht en dat is niet zijn kracht. Vandaag ging dat nog wel, maar we hebben ook de tegenstander gezien.” Perez is onder de indruk van Fein. “Hij geeft PSV schwung, voetbalintelligentie en ballen vooruit”, vertelde hij over de van Bayern München gehuurde middenvelder.
Perez wilde echter niet al te lovend zijn. “We moeten niet uit het oog verliezen tegen wie PSV heeft gespeeld. Maar ze speelden frivool en goed. Er zit veel meer voetbal in. Je ziet gewoon de ideeën van voetballers als Fein en Götze.” Bruggink is weg van de voormalig wereldkampioen van 2014. “Ik vind hem echt waanzinnig. Wat hij doet, ziet er zo simpel uit maar is zo verdomd moeilijk”, benadrukte de oud-PSV’er. “Hij heeft het inzicht om op het juiste moment te wachten. Om de bal op de juiste snelheid aan te spelen. En ook nog eens dreigend naar de goal te zijn. Hij doet het niet om te laten zien dat hij goed kan voetballen. Hij doet het uiteindelijk om een groter doel te bereiken. Wat ik daar persoonlijk mooi aan vind, is dat hij een echte teamspeler is. Ik kan daar echt enorm van genieten.”
Perez vroeg zich vervolgens af of Götze nu alleen ‘waanzinnig goed in de Eredivisie is’. “Het is toch gek dat geen andere club hem heeft opgepikt als hij waanzinnig goed is. Ik begrijp dat hij andere mogelijkheden had, maar niet beter dan PSV blijkbaar. Ik denk dat geen enkele ander club meer naar dit soort wedstrijden zal kijken. Alleen naar topduels en in Europees verband.” Bruggink ziet wel degelijk vooruitgang. “Zoals hij nu speelt, hebben we hem in zijn tweede periode bij Dortmund ook niet meer gezien. Ik denk dat dat het allerbelangrijkste voor hem is. Hij is pas 28 jaar. En dit alles is op het moment dat hij nog niet eens fit is. Dat hij al zo belangrijk is. Met name in de laatste zone is hij zo veel vaster en beter dan anderen.”
“Hij deed tegen Vitesse bijvoorbeeld niet mee en je ziet al hoe bepalend hij is in het systeem van PSV. Hij trekt alles naar zich toe.” Perez wilde het toch in perspectief blijven plaatsen. “Hier in Nederland hebben we het altijd over onze supertalenten. Bijvoorbeeld Mohamed Ihattaren. Maar hebben jullie Pedri en Ansu Fati bij Barcelona gezien? Die zijn zeventien, achttien jaar. Dan heb je het over supertalenten. Hoe moeilijk is het om in Nederland als een topvoetballer te worden gezien? Alle jonge spelers worden nu talenten, toptalenten of supertalenten genoemd. Maar het kan ook soms gewoon een jonge speler zijn.”