Lewandowski en Robben schitteren in München
Het seizoen in de Bundesliga is nog maar zeven wedstrijden oud, maar Bayern München heeft de eerste stappen richting de landstitel alweer gezet. Der Rekordmeister is vooralsnog niet te verslaan en zaterdag won de ploeg dankzij twee goals van zowel Robert Lewandowski als Arjen Robben met groot gemak van Hannover 96. De complete titelconcurrentie faalde. Borussia Dortmund, die club die gezien wordt als de grootste concurrent van de Zuid-Duitsers, liep al tegen de vierde nederlaag van het seizoen aan, terwijl Bayer Leverkusen en Schalke 04 eveneens niet wonnen.
Bayern Munich - Hannover 96 4-0
Bayern München had de laatste thuiswedstrijd in de Bundesliga met 4-0 gewonnen (van SC Paderborn) en de fans hoopten tegen Hannover 96 opnieuw op een grote uitslag. Dat was zeer zeker mogelijk, want de bezoekers legden de ploeg van trainer Josep Guardiola geen strobreed in de weg in de openingsfase. Binnen een kwartier was het al 2-0 en met name bij het tweede doelpunt zag Hannover 96 er niet goed uit. De bal werd zomaar ingeleverd bij Robben, die richting het doel van Ron-Robert Zieler dribbelde en rustig afrondde. Even daarvoor had Lewandowski al voor de 1-0 gezorgd, door een prachtpass van Rafinha te controleren en af te ronden.
Der Rekordmeister voelde zich als een vis in het water tegen het onmachtige Hannover 96, dat vanaf de eerste minuut compleet onder de voet werd gelopen. Robben was ongrijpbaar en speelde in de eerste helft werkelijk fantastisch, maar het schortte de Nederlander nog aan de afronding. Bij Lewandowski niet: even nadat hij een grote kopkans om zeep had geholpen werkte hij bekwaam af na een lange bal van achteruit. Ook na de pauze was de thuisploeg superieur, al leken de spelers het verder ook wel te geloven. Omdat Robben, Lewandowski en Xherdan Shaqiri het vizier niet (meer) op scherp hadden staan, bleef het lang 3-0. In de slotfase kreeg Robben toch nog zijn tweede, door de op voor hem bekende wijze naar binnen te trekken en binnen te knallen.
Borussia Dortmund - Hamburger SV 0-1
Na de eenvoudige midweekse zege op Anderlecht leek Hamburger SV een uitgelezen volgend slachtoffer voor die Borussen. De hekkensluiter wist dit seizoen nog geen wedstrijd te winnen en begon ook nu weer zonder Rafael van der Vaart, die overigens wel weer op de bank zat. Die Rothosen bleken hun huiswerk echter uitstekend te hebben gedaan: het spel van de thuisploeg werd knap ontregeld, waardoor Dortmund nauwelijks tot mogelijkheden kwam in de eerste helft. Met één goed uitgespeelde aanval namen de bezoekers zelfs verrassend de leiding. Na een foute pass van Adrián Ramos spoedde HSV zich naar voren, waar Pierre-Michel klaarstond om af te ronden: 0-1.
Aan dat spelbeeld veranderde ook na de pauze weinig. HSV leunde rustig achterover en was na een dik uur spelen zelfs dicht bij de 0-2. Lewis Holtby vond Heiko Westermann, wiens kopbal nog maar ternauwernood onschadelijk gemaakt kon worden door Roman Weidenfeller. Dortmund voerde daarna de druk fors op en bracht onder meer Ciro Immobile binnen de lijnen, maar ondanks een aantal mogelijkheden, waaronder voor de Italiaanse invaller, viel de gelijkmaker niet meer. HSV boekt daarmee de eerste overwinning van het seizoen en is eindelijk van de laatste plek verlost.
TSG Hoffenheim - Schalke 04 2-1
Schalke 04 won de laatste twee competitieduels, waaronder de derby met aartsrivaal Borussia Dortmund, en hoopte zaterdag aansluiting te vinden bij de subtop. Dat streven kon echter al snel de prullenmand in: de thuisploeg begon veel beter en had al na een klein halfuur een ruime marge te pakken. Tarik Elyounoussi opende na dertien minuten de score met een simpele intikker en zestien minuten later bleef Adam Szalai koel oog in oog met Ralf Fährmann: 2-0. Schalke had daarna nog genoeg tijd om de schade te repareren, maar had het lastig en leek na een rode kaart voor Joel Matip (twee keer geel) helemaal kansloos. Klaas-Jan Huntelaar maakte het daarna met een rake schuiver toch nog even spannend, maar verder dan die 2-1 kwamen die Knappen niet.
Bayer Leverkusen - SC Paderborn 2-2
Voor Bayer Leverkusen is het zaak om in het spoor te blijven van Bayern München, maar dan moeten die Werkself thuiswedstrijden als die tegen SC Paderborn wel winnen. Daar zag het aanvankelijk niet naar uit, want vanaf een meter of zestien knalde Sueleyman Koc de bezoekers na twintig minuten op voorsprong. Bayer zette aan voor de gelijkmaker en kreeg die even voor rust. Stefan Kiessling had al een dot van een kans op de 1-1 laten liggen, maar Lars Bender maakte hem vervolgens wel. Na rust werd de druk flink verhoogd op het doel van Paderborn, dat grote kansen voor Karim Bellarabi en Kiessling moest toestaan. Zeker na de rode kaart voor Marvin Bakalorz (vervelende tackle) werd het eenrichtingsverkeer, maar het ongelooflijke gebeurde. Na een fantastische solo maakte Moritz Stoppelkamp 1-2. In blessuretijd redde Bellarabi toch nog een punt voor Leverkusen.
Werder Bremen - SC Freiburg 1-1
Na acht minuten mocht SC Freiburg aanleggen voor een penalty, nadat Sebastian Prödl een overtreding had begaan in het strafschopgebied. Vladimir Darida zette zich achter de bal en faalde niet: 0-1. Na een halfuur trok Franco Di Santo de score weer gelijk. De Italiaan was de ontvanger van een prima pass van Zlatko Junuzovic en de afronding was prima. Beide partijen kregen na de onderbreking kansen op meer, maar doelpunten zouden er niet meer vallen.