Luuk de Jong volgde Frenkie de Jong niet: ‘De club had dat ook liever niet’
Luuk de Jong hervat donderdagavond LaLiga met de derby tegen Real Betis. Luuk de Jong groeide in de eerdere ontmoeting dit seizoen uit tot matchwinner, doordat hij in het met 1-2 gewonnen duel de winnende treffer voor zijn rekening nam. “'Jij staat met die goal al in de geschiedenisboeken', hoor je ook. Toch leuk”, zegt De Jong in een interview met het Algemeen Dagblad.
“De sfeer zal anders zijn nu, in ons eigen lege stadion. De fans hebben het zwaar dat ze er niet bij mogen zijn, maar de derby op zich leeft wel. 'Van Betis winnen en het seizoen is al geslaagd'; er zijn hier supporters die echt zo denken”, geeft de 29-jarige spits te kennen. De Jong vertelt dat hij tijdens de afgelopen periode om de tafel heeft gezeten met Sevilla-trainer Julen Lopetegui. “Samen kijken naar spelsituaties, naar keuzes. Door de coronacrisis was er nu écht tijd en is het fijn om nog eens bevestigd te krijgen dat de trainer tevreden is over mijn rol.”
“Bij die videosessies heb ik zelf nog een keer aan kunnen geven wat ik denk dat in ons spel nog beter kan: in sommige situaties zou het goed zijn als er bij ons meer aansluiting is vanuit het middenveld. Als mensen wat 'hoger' staan en ruimtes om mij heen in duiken. Daar is de staf ook wel mee bezig, maar we hebben veel spelers die van nature naar de bal toe bewegen”, gaat De Jong verder. In tegenstelling tot bijvoorbeeld Frenkie de Jong besloot de spits van Sevilla niet terug te gaan naar Nederland.
“Ik wilde hier blijven omdat niet duidelijk was wanneer we weer zouden gaan trainen. Ik wilde niet dat ik dan misschien niet meer deze kant op kon komen. De club had dat ook liever niet”, legt De Jong uit in gesprek met de Volkskrant. “Op zich kwam ik mijn tijd prima door. Ik woon hier met mijn vriendin en onze hond. We hebben een zwembad en je kunt toch de hele tijd in contact staan met je vrienden via de technologie.”
Een obstakel tijdens het slot van het seizoen zou het warme weer kunnen zijn. Om die reden wordt er in Sevilla donderdagavond pas om 22.00 uur afgetrapt. “Het kan binnen een dag tien, vijftien graden warmer zijn. Meestal loopt het om een uur of vijf in de middag de temperatuur serieus op. We spelen daarom vaak pas om 22.00 uur. Ik verdraag de hitte aardig, gelukkig. Maar het voetbal is anders in de hitte. Het zal een uitputtingsslag worden.”