Man City zet Champions League op het spel na remise tegen Arsenal

Manchester City moet serieus vrezen dat het komend seizoen niet actief is in de Champions League. Arsenal sloeg zondagmiddag een aanval af en verliet met een 2-2 gelijkspel het Etihad Stadium. Niet alleen verdwijnt de derde plaats daarmee uit beeld voor the Citizens, ook kan Manchester United komende week bij winst op West Ham United de vierde plek van de stadsgenoot overnemen. Ondertussen blijft Liverpool door een zege op Watford in de race om de zesde plaats.

Manchester City - Arsenal 2-2
Het venijn van de eerste helft zat hem in de kop, waarin beide teams allebei toesloegen. Manchester City begon voortvarend dankzij Sergio Agüero, die zijn klasse maar weer eens illustreerde door uit een lastige positie prachtig raak te schieten in de korte hoek. De vreugde van de thuisfans was echter van zeer korte duur, want twee minuten later, in minuut tien, kopte Olivier Giroud raak uit een hoekschop. Het was het eerste echte wapenfeit van de bezoekers, die in de voorgaande negen minuten eigenlijk alleen maar achteruit hadden geholpen. Voor de Franse spits betekende het zijn eerste goal in vijftien wedstrijden. Na de 1-1 werd het minder onderhoudend en voor rust toonde eigenlijk alleen Agüero zich nog een keer dreigend.

In de tweede helft herhaalde het patroon van de start van het eerste bedrijf zich. City kwam goed uit de kleedkamer en hernam na zes minuten spelen in de tweede helft de leiding. Kevin De Bruyne mocht ongehinderd oprukken richting het Londense doel en deed dat naar hartenlust. Zijn droge uithaal bleek Petr Cech vervolgens te machtig. Ook nu kwam Arsenal echter terug. Na een prachtige één-twee tussen Alexis Sánchez en Giroud kreeg eerstgenoemde de bal voor het binnenschieten, wat de Chileen dan ook niet naliet. Agüero was na de 2-2 nog wel een paar keer gevaarlijk, maar de Argentijn slaagde er niet meer in om zijn tweede van de middag te maken, terwijl Wilfried Bony in de slotfase nog de lat raakte.

Liverpool - Watford 2-0
Liverpool maakt zich langzaam maar zeker op voor de finale van de Europa League, die op 18 mei gespeeld gaat worden tegen Sevilla. Een zege in de finale betekent een deelnamebewijs aan de Champions League; een ticket die de ploeg van manager Jürgen Klopp in competitieverband niet meer zal gaan pakken. In de Premier League heeft Liverpool alleen nog een kans op plaatsing voor de Europa League en zondag was Watford de tegenstander op Anfield. Klopp gunde speelminuten aan spelers die lang niet altijd mogen beginnen en dat was mogelijk de oorzaak van het uiterst matige spel in het eerste halfuur. Het eerste schot op doel, na 35 minuten, was wel direct raak: Joe Allen prikte de bal langs Watford-keeper Gomes.

Watford liet zich nauwelijks zien, al kreeg Odion Ighalo wel een dot van een kans om de stand weer gelijk te trekken. De topscorer van Watford wist het net niet te vinden en daardoor ging Liverpool met een voorsprong de rust in. Na de pauze mocht Steven Berghuis invallen bij Watford, maar ook hij wist niet te scoren voor the Hornets. Door geblunder van Ikechi Anya en Gomes deed invaller Roberto Firmino dat wel, waardoor Liverpool met 2-0 wist te winnen.