voetbalzone

Meeuwis: ‘Voetballers zijn een soort handelswaar’

14 jun 2009, 19:40
Laatst bijgewerkt: 14 jun 2009, 19:40
Advertentie
Na een moeizaam jaar bij Roda JC is Marcel Meeuwis helemaal klaar voor een nieuw avontuur. De middenvelder tekende het afgelopen voetbaljaar al een contract bij Borussia Mönchengladbach, terwijl op dat moment nog niet zeker was of de roemruchte club zich wel zou weten te handhaven in de Bundesliga. Dat lukte, waardoor Meeuwis een avontuur wacht in wat hij zelf typeert als ‘één van de sterkste competities ter wereld’.

“Ik vind het een prachtige club. Bij thuiswedstrijden zit 50.000 man op de tribune. Ik had al getekend, voordat zeker was dat ze niet zouden degraderen”, geeft de 28-jarige middenvelder aan op de website OnsOranje. “De Bundesliga is één van de sterkste competities ter wereld, het trekt me al van kleins af aan om daarin te spelen. De ambitie is om naar plek twaalf te klimmen en daar wil ik hen met plezier bij helpen.”

Ook denkt hij bij onze oosterburen iets anders te vinden dan slechts de fraaie status van zijn nieuwe werkgever. “Daarbij spreekt de Duitse mentaliteit mij erg aan”, vertelt Meeuwis. “Ik herken mezelf in de drang om persoonlijk iets te bereiken. Ik wil iets bereiken waar ik zelf trots op kan zijn.”

In hetzelfde interview laat de oud-speler van Willem II en VVV-Venlo weten dat het wat hem betreft na zijn carrière gedaan is met de voetballerij. “Ik wil absoluut geen trainer worden. Dat is zo’n ondankbare taak. Of je moet Guus Hiddink heten. Het voetbalwereldje is ook niet echt mijn wereld. Natuurlijk, de sport is mooi. Spelen voor een vol stadion met Nederland B was een droom. Straks de Bundesliga in, geweldig."

“Maar er zijn ook veel aspecten die me tegenstaan”, geeft hij toe. “De oneerlijke mensen die in de voetballerij rondlopen en die je voorliegen. Je bent een soort handelswaar. Ik zie me niet als een modelprof. Ik schilder, lees veel en kijk weinig voetbal. Na acht trainingen per week, is het ook wel eens lekker een voetballoze avond te hebben. Als ik met zaken net zo veel verdiende als met voetballen, zou ik acuut stoppen.”