'Mijn felicitaties aan Barça, voor de zoveelste bedriegerij’

Barcelona zegevierde dinsdag met 0-2 over Manchester City, maar de wijze waarop de bezoekers op voorsprong kwamen was voer voor discussie. Lionel Messi maakte vanaf elf meter de 0-1. Hoewel de overtreding van Martin Demichelis op de doorgebroken aanvaller overduidelijk was, leek het eerste contact buiten het strafschopgebied plaats te vinden. Jonas Eriksson trok een terechte rode kaart, maar wees daarna ook naar de stip. In de slotfase maakte Daniel Alves er ook nog 0-2 van.

“Mijn felicitaties gaan uit naar Barcelona, voor de zoveelste bedriegerij”, twitterde Guti, voormalig speler van Real Madrid. De tegenwoordig jeugdtrainer van los Merengues heeft niet veel met de club uit Catalonië, zo bleek ook al afgelopen weekeinde na de 6-0 zege op Rayo Vallecano. “Met alle respect voor Rayo, maar is Barcelona nu opeens veel beter omdat ze van Rayo hebben gewonnen. Laat me even lachen, hahahaha, laat me nog even wat meer lachen, hahahaha”, twitterde hij.

Jesús Navas baalde van de strafschop. “Laten we het er maar niet over hebben”, vertelde de aanvaller van Manchester City. “Of het een strafschop was? De beelden spreken voor zich. Het is jammer dat een wedstrijd daardoor beslist kan worden.” Victor Valdés had geen zin om te reageren en gaf aan dat Barcelona er nog lang niet is. “We moeten nog negentig minuten. In de voetballerij kan van alles gebeuren. Manchester City is een sterke tegenstander en mogelijk beschikken ze in de return over Sergio Agüero. Ze zullen er vol voor gaan en zeker na een 0-2 nederlaag.”

Barcelona-coach Gerardo Martino zag het nut er niet van in om zijn mening over de discutabele 0-1 te geven. “Ik heb gehoord dat de overtreding wellicht buiten het zestienmetergebied is gemaakt, maar aan de andere kant is ook een doelpunt van ons afgekeurd. Ik praat niet of weinig over scheidsrechters, hoofdzakelijk omdat het niets oplevert.” Over de kritiek van buitenaf was Martino duidelijk. “We zitten in de belangrijkste fase van het seizoen. We hebben wel wat anders aan ons hoofd dan te moeten reageren op andermans meningen.”