voetbalzone

'Mijn manager heeft al gesproken met wat geïnteresseerde clubs'

Bart Kruyt06 mei 2016, 19:35
Laatst bijgewerkt: 06 mei 2016, 19:35
Advertentie

Christian Santos was de afgelopen twee jaar een van de belangrijkste smaakmakers in de Jupiler League en Eredivisie. De aanvaller van NEC kwam afgelopen winter in het nieuws toen hij zijn contract niet wilde verlengen en de clubleiding hem uit het eerste elftal haalde. Coach Ernest Faber kon zich echter niet vinden in dit besluit en stelde de Venezolaanse spits toch weer op. Komende zomer trekken zowel trainer als speler de Nijmeegse deur achter zich dicht.

Voetbalzone greep de mogelijkheid aan met Santos te spreken, nu hij nog in Nederland is. Hij bleek een uiterst sympathieke jongen en vertelde openhartig. Vandaag het eerste deel van het tweeluik waarin hij vertelt over zijn specifieke kwaliteiten, zijn twee seizoenen bij NEC, de kans op de play-offs en zijn toekomst.

/

Kun je wat vertellen over hoe je leven eruit ziet?
“Ik woon alleen in Nijmegen en heb geen vriendin. Ik ben erg gefocust op voetbal en dan is het lastig om de juiste vrouw tegen te komen. De stad vind ik leuk, maar ik ben niet iemand die veel uitgaat. Ik train veel alleen en probeer het maximale uit mezelf te halen. In mijn vrije tijd trek ik veel op met Marcel Appiah, de rechtsback van NEC. We hebben nog samen gevoetbald bij Arminia Bielefeld. Mijn familie woont ook nog in Duitsland, op twee uurtjes afstand. Als zesjarig jongetje kwam ik met mijn gezin al over uit Venezuela.”

Hoe waren de afgelopen twee seizoenen voor je?
“Over het algemeen was de periode bij NEC heel mooi en met een flink aantal doelpunten. De manier waarop het Nederlands voetbal gespeeld wordt, past goed bij me. Het is erg technisch en tactisch en er wordt opgebouwd van achteruit. In België en zeker in Duitsland is het een stuk fysieker en wordt de lange bal veel meer gehanteerd. Dat past minder goed bij mij, want dan moet je constant vechten. Als het moet vecht ik voor iedere bal hoor, maar ik speel liever voetbal.”

/

Wat zijn jouw specifieke kwaliteiten en op welke positie komen die het best tot hun recht?
“Ik scoor erg makkelijk met mijn hoofd. Niet omdat ik zo lang ben, maar mijn timing is goed. Geef me een goede bal en hij gaat tussen de palen. Vorig jaar ging dat vooral lekker toen Alireza Jahanbakhsh op de flank stond, wij begrepen elkaar goed. Daarnaast kan ik met een key-pass direct een vleugelspeler in positie brengen en het spel daarmee versnellen. Ik speel zelf het liefst tussen de posities ‘negen’ en ‘tien’ in. Dan ben je lastig te dekken en ben je een beetje uit het zicht van de verdedigers. Je kunt dan te ruimte benutten en proberen te scoren.”

Je vorige coach Glen de Boeck noemde je lui. Is je relatie met Ernest Faber beter?
“Meen je dat, heeft hij dat gezegd? Haha, wat een onzin! Ik was daar juist een van de spelers die het meest trainde van allemaal! Ik denk dat hij dan niet gezien heeft hoeveel werk ik nog voor mezelf deed. Deze uitspraak is echt een verrassing voor me. Faber heeft me dit jaar een hoop geleerd over vooruitkijken. Over meteen de mogelijkheden zien als je de bal krijgt, opendraaien en tussen de linies spelen. Onze relatie was goed, hij gaf me veel vertrouwen en kwam voor me op. Daar ben ik hem dankbaar voor, want het was niet altijd gemakkelijk. Uiteindelijk is het gelukkig goed gekomen.”

/

Wat verwacht je van Feyenoord-uit dit weekend, en de mogelijke play-offs?
“Ik heb super veel zin in de wedstrijd van dit weekend. Het is zonde dat we het laatste duel verloren hebben tegen Roda JC, maar ik denk dat we zondag wat kunnen doen. We hebben een goede kans op de play-offs en een mogelijkheid op Europees voetbal. Ik wil graag nog een aantal extra wedstrijden spelen en proberen mijn doelpuntentotaal verder op te voeren. Hoe het team er volgend jaar uitziet is natuurlijk de vraag, maar we moeten er met elkaar voor gaan.”

Is er een kans dat jij zelf volgend jaar nog bij NEC voetbalt?
“Nee, dat is out of the question. Ik wil heel graag een nieuwe stap in mijn carrière maken, bij voorkeur in een betere competitie als Duitsland of Spanje. Mijn manager is hard aan het werk en heeft al gesproken met wat geïnteresseerde Spaanse clubs. Mijn carrière is pas laat op gang gekomen, maar ik ben niet iemand die opgeeft. Voor mijn eigen gevoel moet het allemaal nog gaan beginnen voor me. Daarom is het ook belangrijk om nu voor een club te kiezen waar ik ga spelen en een goed seizoen kan maken. Een Nederlandse topclub als Ajax? Daar lijkt het nu zeker niet op, maar je weet nooit hoe het loopt.”