voetbalzone

Nogmaals België, nu Europa?

derp22 mei 2010, 17:52
Laatst bijgewerkt: 22 mei 2010, 17:52
Advertentie

Het zal wel niemand ontgaan zijn in de Lage Landen: het eerste seizoen van de Jupiler Pro League met de hervormde competitieformule werd gedomineerd door Anderlecht. Van die inktzwarte avond eind augustus over de Europese campagne tot de titelviering in Brugge en de glorieuze laatste match. Verslag van een triomftocht, het seizoen van de wil.

Graag had ik dit Belgisch seizoen gevolgd vanuit het perspectief van een Nederlandse voetbalfan. Want na december kon ook deze site zich in feite beperken tot een verslag over de paars-witte dominantie, met af en toe een eervolle vermelding voor die tweede en derde ploeg die ergens ver achterop om de tweede plaats streden. Want hoewel mijn analyse natuurlijk gekleurd wordt door mijn passie voor Anderlecht, moet zelfs de dapperste Brugge-fan toegeven dat de titelrace na de winterstop een eenmansrace was.

Nochtans begon het allemaal niet zo rooskleurig. Na een wat moeizaam begin voltrok zich namelijk op de vijfde speeldag dé gebeurtenis van dit seizoen. In het eigen Astridpark komt de toenmalige fiere landskampioen Standard de Liège op bezoek. Een doortocht die Marcin Wasilewski en Jan Polak zich nog lang zullen herinneren: Wasilewski breekt het linkerbeen na een gruwelijke overtreding van Axel Witsel, voor Jan Polak heeft een charge van Igor De Camargo een scheuring van de kruisbanden aan de knie en een inactiviteit van een halfjaar tot gevolg. Een "traumatische ervaring" is nog mild uitgedrukt. Tijdens de rust moeten de spelers aanhoren hoe Wasilewski ligt te tieren van de pijn, diezelfde stoere Wasilewski die normaal altijd weer rechtstaat en verdergaat. Na een match waarin de score er niet toe doet (1-1) heerst er verslagenheid in het Anderlecht-kamp. De volgende speeldag verliest Anderlecht op Stayen, tegen de toenmalige lijstaanvoerder (2-1), waarna een gelijkspel tegen Gent volgt. Anderlecht dreigt de rol te moeten lossen en gaat door een tumultueuze periode, waarin Brugge onder impuls van Adrie Koster het betere voetbal heeft. Dat Brugge verslaat op de tiende Anderlecht in eigen huis met 4-2, meteen de enige match waarin Anderlecht werkelijk overklast werd.

Maar Anderlecht zou Anderlecht niet zijn moest het niet orde op zaken stellen en keihard terugslaan. Prompt volgt een indrukwekkende zegereeks van acht overwinningen, en laait het vuur hoog op bij iedereen die Anderlecht een warm hart toedraagt. De ultieme bevestiging komt er op 17 december, wanneer een weliswaar veredeld B-elftal van Ajax in de eigen ArenA compleet zoek wordt gespeeld. En van dan af gaat het in een rechte lijn naar de titel, met demonstraties op Standard (0-4), Germinal Beerschot (0-5) en thuis tegen Zulte Waregem (6-0). Tussendoor beleven we fantastische Europese avonden, iets wat te lang geleden was: Athletic Bilbao wordt thuis met 4-0 opzijgezet. Het Europese verhaal eindigt echter met die onverdiende uitschakeling na de dubbele confrontatie met Hamburg.

Even werpt Brugge nog de handschoen: aan de start van de play-offs bedraagt het verschil slechts 6 punten. Het is echter een uitdaging die niet lang boeit: Brugge raakt steeds sneller achterop en lijkt zich tevreden te moeten stellen met de tweede plaats. Uiteindelijk worden ze nog op snelheid gepakt door seizoensrevelatie AA Gent, die op de laatste speeldag Club Brugge van het kastje naar de muur speelt (6-2). Anderlecht finisht uiteindelijk achttien punten los en speelt kampioen op het veld van Brugge. Champion à Bruges, de ultieme vernedering.

En dan volgt uiteindelijk de fantastische apotheose van een fantastisch seizoen. In de door ondergetekende bijgewoonde match tegen STVV op de laatste play-off speeldag (2-1) komt al het goede van het seizoen nog eens samen. De terugkeer van Daniel Zitka, de emotionele comeback van Marcin “Wasyl” Wasilewski, het afscheid van Nicolas Frutos, de tussenstanden uit de voorgenoemde Gent-Brugge (6-2): meerdere keren veerde het Astridpark recht voor een staande ovatie. De helden werden gehuldigd, een fantastische sfeer hangt nog een uur na de match in het volgepakte stadion.

Redenen zijn er genoeg aangedragen voor de Brusselse suprematie: het enorme rendement van Mbark Boussoufa, de ontbolstering van supertalent Romelu Lukaku, het complementaire duo Cheikhou Kouyaté- Lucas Rodrigo Biglia, de flitsen van Jonathan Legear, etc. Maar meer dan alles was deze titel de titel van het collectief, van de wil, van de honger, van de drang naar het schitteren, zowel Europees als nationaal.

En laat ik dan nu eindelijk het échte thema aangeroerd hebben: dat Europa. Want na een goede beurt in de Europa League, wil het trotse Royal Sporting Club Anderlecht wel wat meer. Lang vervlogen tijden zijn het, maar ooit was Anderlecht een grootmacht in Europa. De Champions League-campagne van 2000-2001 houdt die herinneringen levend, maar ook dat is al lang geleden. De fiere recordkampioen hoopt op meer: luidop droom ik al van een sprookje.

En met mij dromen, nee, hopen velen met me mee: als de huidige spelerskern, op Jelle Van Damme na, kan behouden worden, dan moet het lukken. Die ideale mix van ervaring, klasse, techniek en jong geweld moet ons door de twee kwalificatierondes loodsen en moet Anderlecht eindelijk nog eens glorieuze avonden doen beleven in de elite-stadions van Europa. Hoop met ons mee.