41 pogingen maar Ajax juicht niet
23 aug 2009, 16:25
Laatst bijgewerkt: 23 aug 2009, 16:25
Advertentie
Ajax wist de laatste zestien thuiswedstrijden tegen Sparta Rotterdam winnend af te sluiten en deed dat vaak met indrukwekkende cijfers. Ook zondag kreeg de ploeg uit de hoofdstad voldoende mogelijkheden, maar ditmaal lukte het niet om te scoren (0-0). Dat terwijl de thuisploeg liefst 41 (!) schoten richting het vijandelijke doel loste. Voor de Amsterdammers betekent dit de tweede competitiewedstrijd op rij zonder overwinning, nadat vorige week PSV te sterk was gebleken.
De Amsterdammers hadden het puntverlies tegen Sparta aan zichzelf en een klein beetje pech te wijten. De ploeg van Martin Jol viel negentig minuten lang aan, maar wist niet veel uitgespeelde kansen te creëren. Ajax moest het vooral hebben van afstandsschoten, die wél voor gevaar zorgden. Aleksander Seliga hield zijn doel echter schoon, waardoor Sparta knap een punt verdiende in de ArenA. De manschappen van Frans Adelaar staan nu op vier punten uit evenzoveel wedstrijden; Ajax staat op zeven uit vier.
Met twee aanvallende middenvelders en drie spitsen waren de intenties van Ajax duidelijk en toen Siem de Jong al binnen de minuut een grote kans kreeg gingen de toeschouwers in de ArenA er maar eens goed voor zitten. De mogelijkheid bleek echter geen echte voorbode op meer. Ajax was weliswaar duidelijk sterker dan Sparta, dat de bal maximaal twee passjes per keer in bezit hield, maar speelde in een te laag tempo om het de bezoekers echt moeilijk te maken.
Daarbij kwam dat sterspeler Luis Suárez zijn dag niet had. De Uruguyaan, midweeks nog zeer goed op dreef met vier treffers tegen Slovan Bratislava, viel in de eerste helft vooral op door ongelukkige kapbewegingen en zat bij andere momenten in de tang bij uitblinker Nick Viergever. Echte kansen gaf Sparta dan ook niet weg: Ajax werd enkel een paar keer gevaarlijk met schoten uit de tweede lijn. De Jong was het meest dichtbij, maar zijn schot ging rakelings naast het doel van Aleksander Seliga. De doelman kreeg het in de tweede helft iets drukker, wat echter niet betekende dat Ajax er combinerend doorkwam.
De Amsterdammers gaven meer druk naar voren, maar moesten het nog altijd hebben van pogingen van afstand. Demy de Zeeuw, Ismail Aissati en Suárez (laatstgenoemde schoot vrije trappen tegen de binnenkant van de paal en de lat) kwamen dichtbij, waarna invaller Miralem Sulejmani dé kans om Ajax aan de zege te helpen verprutste. De Serviër stond koud in het veld toen hij een strakke voorzet van Suárez binnen leek te gaan koppen, maar de bal stuiterde verkeerd op, waardoor de kans verkeken ging. In de laatste minuut werd een schot van Suárez nog van de doellijn gekopt, waardoor de score in evenwicht bleef.
De Amsterdammers hadden het puntverlies tegen Sparta aan zichzelf en een klein beetje pech te wijten. De ploeg van Martin Jol viel negentig minuten lang aan, maar wist niet veel uitgespeelde kansen te creëren. Ajax moest het vooral hebben van afstandsschoten, die wél voor gevaar zorgden. Aleksander Seliga hield zijn doel echter schoon, waardoor Sparta knap een punt verdiende in de ArenA. De manschappen van Frans Adelaar staan nu op vier punten uit evenzoveel wedstrijden; Ajax staat op zeven uit vier.
Met twee aanvallende middenvelders en drie spitsen waren de intenties van Ajax duidelijk en toen Siem de Jong al binnen de minuut een grote kans kreeg gingen de toeschouwers in de ArenA er maar eens goed voor zitten. De mogelijkheid bleek echter geen echte voorbode op meer. Ajax was weliswaar duidelijk sterker dan Sparta, dat de bal maximaal twee passjes per keer in bezit hield, maar speelde in een te laag tempo om het de bezoekers echt moeilijk te maken.
Daarbij kwam dat sterspeler Luis Suárez zijn dag niet had. De Uruguyaan, midweeks nog zeer goed op dreef met vier treffers tegen Slovan Bratislava, viel in de eerste helft vooral op door ongelukkige kapbewegingen en zat bij andere momenten in de tang bij uitblinker Nick Viergever. Echte kansen gaf Sparta dan ook niet weg: Ajax werd enkel een paar keer gevaarlijk met schoten uit de tweede lijn. De Jong was het meest dichtbij, maar zijn schot ging rakelings naast het doel van Aleksander Seliga. De doelman kreeg het in de tweede helft iets drukker, wat echter niet betekende dat Ajax er combinerend doorkwam.
De Amsterdammers gaven meer druk naar voren, maar moesten het nog altijd hebben van pogingen van afstand. Demy de Zeeuw, Ismail Aissati en Suárez (laatstgenoemde schoot vrije trappen tegen de binnenkant van de paal en de lat) kwamen dichtbij, waarna invaller Miralem Sulejmani dé kans om Ajax aan de zege te helpen verprutste. De Serviër stond koud in het veld toen hij een strakke voorzet van Suárez binnen leek te gaan koppen, maar de bal stuiterde verkeerd op, waardoor de kans verkeken ging. In de laatste minuut werd een schot van Suárez nog van de doellijn gekopt, waardoor de score in evenwicht bleef.