Real speelt gelijk in Manchester en vergezelt Borussia Dortmund

Het kostte omdat men drie of vier doelpunten vergat te maken nog behoorlijk wat moeite, maar Real Madrid heeft zich geplaatst voor de volgende ronde van de Champions League. Omdat Ajax niet kon winnen van Borussia Dortmund en de Koninklijke zelf gelijkspeelde tegen Manchester City (1-1) zijn de Spanjaarden verzekerd van overwintering in het belangrijkste clubtoernooi van Europa.

Manchester City heeft de zaakjes in de Premier League redelijk op de rit, maar in de Champions League is dat zeker niet het geval. De opdracht in de thuiswedstrijd tegen Real Madrid was duidelijk: om nog een kans te maken op overwintering in de Champions League moest de ploeg van Roberto Mancini winnen, bij een ander resultaat zou de Europa League (dan ook nog afhankelijk van het resultaat bij Ajax-Borussia Dortmund) het hoogst haalbare zijn. Derhalve begonnen the Citizens met drie verdedigers tegen de Spanjaarden, maar dat bleek geen gouden greep.

Real Madrid was in het eerste kwartier van het duel namelijk superieur. Karim Benzema strafte na tien minuten zwak verdedigen af door van dichtbij, volledig vrijstaand, een voorzet van Ángel di María binnen te prikken: 0-1. Dat de thuisploeg de stormachtige opening van de bezoekers overleefde zonder meer tegentreffers was een klein wonder. Even later kopte Sami Khedira namelijk rakelings naast na een voorzet van Cristiano Ronaldo, waarna de sterspeler van Real zelf aan het woord kwam. Ronaldo ontsnapte aan de buitenspelval en wipte de bal langs keeper Joe Hart, maar zag Matija Nastasic redding brengen op de doellijn.

Ook Khedira kreeg even later vrije doortocht richting Hart, maar op het moment suprême zette de Duitser zijn punt in het veld in plaats van onder de bal. Real, dat al voor de vijftiende keer op rij scoorde in een uitwedstrijd in de Champions League, kreeg dus kans op kans en had in defensief opzicht niet of nauwelijks iets te vrezen van de lijstaanvoerder van Engeland. Keeper Iker Casillas tikte een schot van Sergio Agüero over de lat, Douglas Maicon prikte de bal naast na een solo en Edin Dzeko raakte toen hij wilde schieten zijn balans kwijt: dat was het wel, en Real-coach José Mourinho zal dan ook gebaald hebben dat zijn ploeg niet met een grotere voorsprong de rust in ging.

Mancini bracht Javi García en even later ook Carlos Tévez in het veld en dat leek zijn ploeg goed te doen, want de Spaanse dominantie was na de pauze een stuk minder groot. De beste kansen waren voor de Engelsen: Casillas redde prima na een mooie combinatie tussen David Silva en Agüero en de sluitpost gooide zich later op fantastische wijze voor de bal toen Agüero van dichtbij kon binnentikken. Diezelfde Agüero zorgde (na een handig passje van Dzeko) wel voor een strafschop toen hij werd vastgehouden door Álvaro Arbeloa. De verdediger kreeg rood en Agüero schoot zelf raak: 1-1. Om nog een kans te maken op de volgende ronde van het kampioenenbal moest Manchester City winnen, maar dat lukte (zelfs met vijf minuten blessuretijd) niet meer.