Roger Schmidt: ‘Ik begrijp volledig dat men soms niet begrijpt wat ik doe’
De entree van Roger Schmidt in de Eredivisie is niet onopgemerkt voorbijgegaan. Met zijn onconventionele keuzes doet de trainer van PSV geregeld de wenkbrauwen fronsen, maar in gesprek met De Telegraaf weidt hij vrijdag uit over zijn manier van aanpak. In de eerste maanden van het seizoen is duidelijk geworden dat Schmidt opvallend voorzichtig is met zijn spelers. De Duitser maakt gretig gebruik van de mogelijkheid om te rouleren: dit seizoen deed Schmidt al een beroep op liefst dertig spelers. Hij wekt soms onbegrip door zijn sterspelers voortijdig naar de kant te halen.
Schmidt haalde zondag tegen FC Utrecht (2-1 zege), net als in de week daarvoor tegen sc Heerenveen (2-2), meerdere bepalende spelers naar de kant. Mario Götze, Mohamed Ihattaren, Donyell Malen en Philipp Max maakten zondag in de tweede helft plaats voor respectievelijk Jorrit Hendrix, Yorbe Vertessen, Joël Piroe en Nick Viergever. PSV worstelde in de tweede helft, maar trok de overwinning wel over de streep; dat lukte niet tegen Heerenveen, nadat Ihattaren, Max, Cody Gakpo, Malen en Götze werden gewisseld.
"Ik wil me altijd focussen op de eerstvolgende wedstrijd, maar in deze tijd moeten we ook wat verder vooruitkijken", legt Schmidt uit. Hij wisselt liever voortdurend dan dat hij spelers voor maanden kwijtraakt. Mede daarom nam de oefenmeester op 29 november een groot risico, door liefst acht wissels door te voeren tegen Sparta Rotterdam. De gok pakte goed uit, want zijn ploeg won met 1-0. "Sparta-thuis was perfect, omdat we daarna een nieuwe start konden maken om jongens weer een aantal wedstrijden op rij te laten spelen."
Er zit volgens de afgelopen zomer aangetrokken trainer een wezenlijk verschil tussen het spelen van zestig, zeventig of negentig minuten. "In de laatste twintig minuten zitten spelers altijd in de reserves van hun energie. Het is moeilijk om in twee dagen vervolgens volledig te herstellen voor het volgende duel. De balans vinden is de uitdaging", geeft hij aan. De trainer neemt onder meer via de vingertoppen bloedsamples af, waaraan waardes zijn af te lezen wat de spierschade betreft. "We hebben verschillende tools om zorg te dragen voor het fysiek van de spelers."
"Maar communicatie is vooral een heel belangrijke. Als ik praat met de spelers en ze vervolgens in training zie, vorm ik daar een gevoel bij", verklaart Schmidt. "Als je dan ook wat informatie via de waardes van de spelers krijgt en vervolgens de wedstrijd ziet, maak je keuzes. Het is niet dat ik voor de wedstrijd al weet: ik ga hem of hem, dan en dan wisselen. Ik wacht op het gevoel erbij en het verloop van de wedstrijd. Al blijft natuurlijk altijd het hoogste doel om de wedstrijd te winnen." Hij erkent dat zijn handelen soms moeilijk te begrijpen is voor de buitenwereld. "Ik begrijp volledig dat men soms niet begrijpt wat ik doe en er vraagtekens bij gezet worden. Maar als we winnen, is het altijd goed."
"Misschien is het hier nieuw, maar in het huidige voetbal, met de hoeveelheid wedstrijden in de laatste jaren, is het gebruikelijk op deze manier zorg te dragen voor de spelers", meent Schmidt. "Want anders is het heel moeilijk een succesvol seizoen te spelen. Soms hebben clubs selecties met spelers die het gewend zijn zo'n vol programma af te werken, maar wij hebben een heel jong team. Kijk naar onze basiself. Van Yvon Mvogo tot Philipp Max, Jordan Teze, Ibrahim Sangaré en Donyell Malen: voor iedereen is dit een totaal nieuwe situatie. Dat moet ik meenemen in wat ik doe." Zaterdagavond gaat Schmidt met PSV op bezoek bij RKC Waalwijk; dinsdag wacht tegen VVV-Venlo de laatste wedstrijd van 2020.