‘Rutten gaf me nooit het gevoel dat ik iets goed deed’
Fred Rutten werd zo’n elf maanden geleden door PSV op straat gezet. De club geloofde niet meer in een titelgevecht met hem aan het roer en besloot daarom Phillip Cocu en Ernest Faber voor de groep te zetten. Voor Timothy Derijck was het vertrek van de trainer een opluchting: de Belgische verdediger zat voortdurend in spanning of hij wel of niet mocht spelen onder de hoede van Rutten.
Derijck werd in de zomer van 2011 door PSV overgenomen van ADO; het was nota bene Rutten zélf die de telefoon pakte en de verdediger vroeg naar Eindhoven te komen. Derijck zag dat zeker zitten en verbond zich voor vier seizoenen aan de Brabanders. Eenmaal bij PSV kwam hij van een koude kermis thuis. Derijck kreeg het gevoel dat Rutten de pik op hem had en dat hij nooit iets goed kon doen.
“Na mijn eerste wedstrijd kreeg ik een vervelend gevoel. We wonnen uit bij ADO Den Haag met 0-3, maar Rutten was niet tevreden. Hij stipte tijdens de trainingen heel veel dingen die hij niet goed vond. Natuurlijk probeerde ik wat met zijn kritiek te doen, maar het hielp niets. Ik heb geen enkel probleem met kritiek, maar dit voelde gewoon niet goed. Het was alsof hij dingen zocht. Bewijs heb ik niet, maar hij gaf me vanaf het begin nooit het gevoel dat ik iets goed deed”, zegt Derijck in een interview met Voetbal International.
Hij begreep kort na zijn intrede bij PSV al niet meer waarom Rutten hem eigenlijk had aangetrokken. Het voelde niet goed, zegt Derijck. “Niet iedereen is hetzelfde als John van den Brom, dat besefte ik ook wel. Het vreemde was dat ik merkte dat hij richting mij veeleisender was dan richting anderen”, weet de Belg nog. Volgens Derijck viel dat ook zijn ploeggenoten op.