Virgil van Dijk: ‘Ik baalde wel, want Brazilië was heel speciaal geweest’
Virgil van Dijk is niet meer weg te denken uit het Nederlands elftal. De verdediger van Liverpool staat inmiddels op 24 A-interlands en is door Ronald Koeman zelfs verkozen tot aanvoerder van Oranje. De voorgangers van de bondscoach zagen het minder in de tegenwoordig duurste verdediger aller tijden zitten. “Virgil heeft zich wel ontwikkeld en, zoals ik het aan de buitenkant kan zien, zeker als persoonlijkheid”, reageert Louis van Gaal in gesprek met de Volkskrant.
“We hebben hem destijds diverse malen laten bekijken, maar hij kwam niet door de ballotagecommissie! Ik herinner mij van de beelden die mijn scouts toen lieten zien dat hij vaak iemand uit zijn rug liet lopen”, klinkt het weerwoord van Van Gaal. “Verder verdedigde hij niet vooruit en in mijn filosofie is dat heel belangrijk, zeker met het systeem met vijf verdedigers dat wij gingen toepassen op het WK.”
Onder Van Gaal haalden Joël Veltman (Ajax) en Bruno Martins Indi (Stoke City) de WK-selectie wel en Van Dijk niet. Hij neemt Van Gaal echter niets kwalijk. “Ik was niet zover als ik nu ben. Het was Van Gaals goed recht om mij niet op te roepen. Ik baalde wel, want Brazilië was heel speciaal geweest.” Hij maakte ook geen minuten onder Guus Hiddink, al werd hij wel opgeroepen. Hij debuteerde uiteindelijk onder Danny Blind en werd aanvoerder onder Koeman.
Koeman leerde Van Dijk kennen in hun gezamenlijke periode bij Southampton, ‘als een goede, professionele jongen’. “Iemand die bovendien oog heeft voor anderen. Dat is belangrijk voor een aanvoerder. Bij mijn aanstelling had ik al het gevoel Virgil de band te moeten geven”, zegt Koeman op zijn beurt. “Hij heeft een goede mening over voetbal en heeft overwicht. Bovendien zit hij op een goed moment in zijn carrière, bij een club op het hoogste niveau, op een positie die past bij een aanvoerder.”