'Wouters pakte altijd eerst de man, Van Bommel allesbehalve aangenaam'
Lothar Matthäus gold gedurende zijn actieve loopbaan als de meeste gehate Duitse voetballer in Nederland, maar andersom bleek ook niet alles koek en ei. In BILD haalt de 52-jarige trainer herinneringen op aan de zwaarbeladen confrontaties met Oranje. Vooral Mark van Bommel en Jan Wouters staan er bedenkelijk op.
“Wouters was een zeer onaangename tegenstander”, herinnert Matthäus zich. “Hij pakte meestal eerst de benen van de tegenstander en dan pas de bal.” De twee stonden onder meer tegenover elkaar in de halve finale van het EK van 1988, waar Nederland het organiserend land in de halve finale wipte dankzij een late goal van Marco van Basten.
“Toen wij het stadion binnenkwamen, was alles oranje. Wij dachten: Mensch, dit lijkt wel een uitwedstrijd! En vervolgens leden we die bijzonder bittere 1-2 nederlaag.” Naast Wouters en consorten stuitte Matthäus in zijn nadagen ook ooit op Van Bommel. “Dat was ook allesbehalve aangenaam”, weet de 150-voudig international nog.