Zullo blijft kalm onder wereldreis van 45 uur: 'Minder lang dan anders'

De Australische voetballers hebben het er maar moeilijk mee. Hoewel Zuid-Amerikanen ook wel gewend zijn veel te moeten reizen tijdens interlandperiodes, spannen de internationals van Australië toch echt de kroon. Zo ook Michael Zullo, die zich met het land wist te plaatsen voor de laatste voorronde voor het WK 2014. Zijn reis naar Oman en Thailand duurde liefst 45 uur.

“Minder lang dan anders”, zo reageert de linksback van FC Utrecht donderdag in gesprek met Sport-Promotion nuchter. “Australiërs zijn gewend aan het lange reizen. We stappen in het vliegtuig, accepteren de reis en stappen weer uit. Klinkt simpel, maar zo werkt het wel. We arriveren meestal 's nachts, dus het eerste wat we doen is in bed duiken en slapen. De volgende morgen ontbijten we en dan meldt iedereen zich meteen bij de fysiotherapeuten.”

“In de middag werken we vervolgens een lichte training af”, zo vervolgt de pas 21-jarige wereldreiziger. “Ook weer met de bedoeling om de spieren in balans te krijgen. Daarna gaan we over tot de orde van de dag. Hoewel we daarna nog dagelijks minimaal een uur worden gemasseerd. Ik denk dat de medische staf van de nationale ploeg tot een van de beste ter wereld behoort. Er vallen bijna geen spierblessures.”