voetbalzone

Ajax wacht aangeslagen Liverpool: ‘Ze kunnen niet ophouden met lachen’

Jordi Tomasowa08 sep 2022, 13:03
Laatst bijgewerkt: 08 sep 2022, 13:03
Advertentie

Jürgen Klopp vreest niet voor een ontslag als manager van Liverpool. De Duitse oefenmeester kent een slechte seizoensstart met the Reds en begon woensdagavond dramatisch aan de groepsfase van de Champions League. Liverpool keek op bezoek bij Napoli bij rust al tegen een 3-0 achterstand aan en ging uiteindelijk met 4-1 onderuit.

Met de 3-0 ruststand kwam Liverpool nog goed weg. Zo voorkwam Virgil van Dijk erger door na een half uur een poging op doel van Khvicha Kvaratskhelia van de lijn te redden, terwijl Victor Osimhen eerder een strafschop miste. “We speelden slecht in de eerste helft, maar normaal gesproken krijgen we niet drie goals tegen”, zei Klopp na afloop tegenover BT Sport. “Met Alisson Becker op doel moet je wel heel slecht zijn, wil dat gebeuren.”

Klopp vond het lastig om de vinger op de zere plek te leggen. “Het lijkt erop dat we onszelf opnieuw moeten uitvinden. Het is niet zo dat we een nieuw soort voetbal moeten verzinnen, maar we moeten verbeteren. Dit was ons minst compacte optreden in een heel, heel lange tijd.” Zaterdag treedt Liverpool in competitieverband in eigen huis aan tegen Wolverhampton Wanderers, waarna komende dinsdag al de eerste ontmoeting met Ajax in de Champions League op het programma staat. “Ze kunnen waarschijnlijk niet stoppen met lachen", doelt Klopp op Wolves en indirect ook op Ajax. “Het is het perfecte moment om tegen Liverpool te spelen.”

Liverpool kent een dramatische start van het nieuwe seizoen. In de Premier League staat de ploeg na zes duels op een teleurstellende zevende plaats met negen punten. Na de oorwassing tegen Napoli kreeg Klopp de vraag of hij niet vreesde voor zijn ontslag, hetgeen Thomas Tuchel woensdag bij Chelsea overkwam. “Niet echt, maar wie weet? Onze eigenaren zijn kalm en verwachten dat ik de situatie oplos, en niet iemand anders. Op de dag dat ze van gedachten veranderen, zullen ze het mij misschien wel vertellen.”